zondag 25 door het jaar B

Uit het boek Wijsheid 2, 12 + 17-20

Laten we voor de rechtvaardige een valstrik leggen, want hij is ons alleen maar tot last. Hij dwarsboomt ons in alles wat we doen, hij verwijt ons dat we de wet overtreden en houdt ons voor dat we verloochenen wat ons geleerd is.
Laten we zien of hij gelijk heeft en afwachten wat er bij zijn dood gebeurt. Als de rechtvaardige echt een zoon van God is, zal die hem toch te hulp komen en hem uit de greep van zijn vijanden redden? Laten we hem aan geweld en marteling onderwerpen om te zien of hij echt zo zachtmoedig is, laten we zijn uithoudingsvermogen op de proef stellen. We zullen hem veroordelen tot een vernederende dood, want hij beweert toch dat hij gered zal worden?

Tussenzang: Uit ps 54

(tekst onder geluidsfragment)

Refr.: Het is de Heer die mijn leven bewaart.

God, sta mij bij met uw Naam,
kom voor mij op met uw macht.
Luister, oh God naar mijn bede,
hoor wat mijn mond U zegt.

Overmoedigen vallen mij aan,
brutaal staan zij mij naar het leven,
zonder te denken aan God.

Toch is het God die mij helpt,
de Heer die mijn leven bewaart.
Gaarne zal ik U offers brengen,
prijzen, oh Heer, uw weldadige Naam.

Uit de brief van Jakobus 3, 16 – 4, 3

Broeders en zusters,
waar jaloezie en egoïsme heersen, vieren wanorde en allerlei kwaad hoogtij. De wijsheid van boven daarentegen is vóór alles zuiver, en verder vredelievend, mild en meegaand; ze is vol ontferming en brengt niets dan goede vruchten voort, ze is onpartijdig en oprecht. Waar in vrede wordt gezaaid, brengt gerechtigheid haar vruchten voort voor hen die vrede stichten.
Waar komt al die strijd, waar komen al die conflicten bij u toch uit voort? Is het niet uit de hartstochten die strijd leveren bij al uw doen en laten? U verlangt naar iets, maar krijgt het niet. U bent jaloers en moordlustig, maar bereikt uw doel niet. U bekvecht en twist met elkaar.
U krijgt niets omdat u niet bidt. En als u bidt ontvangt u niets, omdat u verkeerd bidt: u wilt alleen uw eigen hartstochten bevredigen.

Vers voor het evangelie (Lc 19, 38)

Alleluia.
Gezegend Hij die komt als koning,
in de naam van de Heer!
Alleluia.

Uit het evangelie volgens Marcus 9, 30-37

Jezus en zijn leerlingen reisden door Galilea, maar Hij wilde niet dat iemand dat te weten kwam, want Hij was bezig zijn leerlingen onderricht te geven.
Hij zei tegen hen: ‘De Mensenzoon wordt uitgeleverd aan de mensen. Die zullen Hem doden, maar drie dagen na zijn dood zal Hij opstaan.’
Ze begrepen deze uitspraak niet, maar durfden Hem geen vragen te stellen.
Ze kwamen in Kafarnaüm. Toen ze in huis waren, vroeg Hij hun: ‘Waarover waren jullie onderweg aan het redetwisten?’ Ze zwegen, want ze hadden onderweg met elkaar getwist over de vraag wie van hen de belangrijkste was.
Hij ging zitten en riep de twaalf bij zich. Hij zei tegen hen: ‘Wie de belangrijkste wil zijn, moet de minste van allemaal zijn en ieders dienaar.’
Hij pakte een kind op en zette het in hun midden neer; Hij sloeg zijn arm eromheen en zei tegen hen: ‘Wie in mijn naam één zo’n kind ontvangt, ontvangt Mij; en wie Mij ontvangt, ontvangt niet Mij, maar Hem die Mij gezonden heeft.’

Van Woord naar leven

DIENENDE LIEFDE
(Bij Mc 9, 30-37)

Met uitzondering van de laatste alinea is deze overweging van de hand van aartsbisschap Vincenzo Paglia.

‘De Mensenzoon wordt uitgeleverd aan mensen. Zij zullen Hem doden, maar drie dagen na zijn dood zal Hij opstaan’: dit is de tweede keer dat Jezus de betekenis van zijn reis naar Jeruzalem aan zijn leerlingen toevertrouwt. Maar opnieuw begrijpt geen van de leerlingen de volle betekenis van Jezus’ woorden. Thuis vraagt Hij hen waar ze het onderweg over gehad hebben, maar de evangelist schrijft dat ‘ze zwegen’. Die stilte is het teken dat ze zich schamen voor wat ze onderweg hebben besproken. En terecht. Schaamte is de eerste stap naar bekering. Ze komt voort uit de erkenning dat je ver van Jezus en het evangelie bent. Zonder zijn Woord blijven we gevangen zitten in onszelf en onze vertrouwde zekerheden.

In reactie op hun schaamte schrijft Marcus: Hij ging zitten, riep de twaalf bij zich en begon hen nogmaals het evangelie uit te leggen. Ieder van ons, elke gemeenschap, moet regelmatig rondom het evangelie samenkomen om te luisteren naar het onderricht van de Heer, om zich te laten corrigeren en zijn hart en verstand te vullen met de gevoelens en gedachten van Jezus.

‘Wie de belangrijkste wil zijn, moet de minste van allemaal zijn en ieders dienaar’, zegt Jezus, en zo zet Hij de logica van de wereld op zijn kop. Degene die dient, is de eerste, niet degene die bevelen uitdeelt. Om dit perspectief duidelijk te maken, neemt Hij een kind, omhelst het en plaatst het midden in de groep leerlingen. Het kind staat hier niet alleen fysiek in het midden, maar vormt ook het centrum van aandacht en zorg. Dat kind – symbool voor de kleinen, de zwakken, de kwetsbaren, de armen – moet altijd centraal staan in de zorg van de christelijke gemeenschap. Jezus legt de reden daarvoor uit: ‘Wie in mijn naam één zo’n kind ontvangt, ontvangt Mij’. In de kleinen, de weerlozen, de zwakken, de armen, de zieken, en in hen die door de maatschappij worden afgewezen en aan de kant geschoven, is Jezus aanwezig – meer nog, daarin is de Vader zelf aanwezig.

De Kerk is geroepen om, in diepe verbondenheid met Jezus, Gods liefde te bezingen door dienstbaar te zijn zoals Hij. Tijdens de voetwassing knielde Jezus voor zijn leerlingen, en in die houding van nederigheid en liefde toont Hij ons de weg. Het gaat hier meer dan over Hem nabootsen; we worden uitgenodigd om ons leven te verweven met het zijne, vanuit dezelfde geest van dienende liefde. Wanneer we in zijn naam ‘knielen’ voor de kwetsbaren en de kleinen, maken we zijn goedheid zichtbaar en bouwen we mee aan een samenleving waarin het goed is om te leven voor iedereen.

Laten we bidden

Heer,
maak ons tot instrumenten van uw genade,
zodat we met nederigheid en zorg kunnen leven.
Mogen onze handen uw goedheid weerspiegelen,
en onze harten altijd openstaan voor de ander.
In uw naam.
Amen.

Geliefde mensen, moge ons leven een weerspiegeling zijn van Gods goedheid.
Een mooie zondag, 
kris


Om mee op weg te gaan

Neem de tijd om na te denken over wie in je omgeving kwetsbaar is. Kun je, in het licht van het evangelie, iets voor hen betekenen? Dit kan een gezinslid zijn, een broer of zus uit de gemeenschap, een buur in de straat of een collega op het werk. Ben je bereid om, vanuit de liefde van de Heer, naar hem of haar concreet toe te stappen en de liefde van God aan te bieden?


Blog ‘Van Woord naar leven’

Reageren of uitwisselen betreffende de lezingen of de overweging, kan via de blog ‘Van Woord naar leven’.

Klik hier voor de blog.

Om de kwaliteit van het gesprek te waarborgen worden de reacties geplaatst na moderatie.

 

 

De Bijbelteksten zijn ontleend aan de NBV21, © Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap.
De korte inleidingen op de lezingen zijn van de hand van Kris.