woensdag in week 1 van de veertigdagentijd

Uit het boek Jona 3, 1-10

De inwoners van Nineve zijn vreemdelingen, dus heidenen in de ogen van sommige Joden. Toch lezen we dat de profeet Jona de opdracht krijgt, van godswege het woord tot hen te richten. Daarop roepen de Ninevieten een algemene vasten uit. God verhoort hun gebed. Hij schenkt verhoring aan alle mensen van goede wil.

Het woord van de Heer wordt tot Jona gericht:‘Maak je gereed en ga naar Nineve, die grote stad, om haar aan te klagen met de woorden die Ik je zeg.’
En Jona maakte zich gereed en ging naar Nineve, zoals de Heer hem opgedragen had.
Nineve was een reusachtige stad, ter grootte van drie dagreizen. Jona trok de stad in, één dagreis ver, en riep: ‘Nog veertig dagen, dan wordt Nineve weggevaagd!’
De inwoners van Nineve geloofden God: ze riepen een vasten uit en iedereen, van hoog tot laag, hulde zich in een boetekleed. Toen de profetie de koning van Nineve bereikte, stond hij op van zijn troon, legde zijn staatsiegewaad af en ging, gehuld in een boetekleed, op de grond zitten. En hij liet in Nineve omroepen: ‘Volgens bevel van de koning en zijn edelen is het niemand toegestaan te eten of te drinken, mens noch dier, rund noch schaap of geit. De dieren mogen niet grazen of water drinken. Iedereen, mens en dier, moet zich hullen in een boetekleed en luidkeels God aanroepen. Laat iedereen anders gaan leven en breken met het onrecht dat hij doet. Misschien dat God van gedachten verandert en op zijn besluit terugkomt; wie weet zal Hij zijn woede laten varen, zodat wij niet te gronde gaan.’
Toen God zag dat zij inderdaad anders begonnen te leven, kwam Hij terug op wat Hij gedreigd had hun aan te doen, en Hij deed het niet.

Psalm 51, 3 + 4 + 12 + 13 + 18 + 19

Refr.: Een gebroken en verbrijzeld hart veracht U niet.

Wees mij genadig, God, in uw trouw,
U bent vol erbarmen, doe mijn daden teniet.

Was mij schoon van alle schuld,
reinig mij van mijn zonden.

Schep, o God, een zuiver hart in mij,
vernieuw mijn geest, maak mij standvastig.

Verban mij niet uit uw nabijheid,
neem uw heilige Geest niet van mij weg.

U wilt van mij geen offerdieren,
in brandoffers schept U geen behagen.

Het offer voor God is een gebroken geest;
een gebroken en verbrijzeld hart
zult U, God, niet verachten.

Uit het evangelie volgens Lucas 11, 29-32

Mensen hebben behoefte aan schokkende bewijzen om van iets overtuigd te geraken. Toch kan geloof en bekering niet worden opgedrongen. De mens moet willen zien. Jezus zal geen ander teken geven dan dat van Jona. Als we in Hem niet geloven zijn we er erger aan toe dan de mensen van Nineve.

Toen er steeds meer mensen toestroomden, zei Jezus:
‘Dit is een verdorven generatie! Ze verlangt een teken, maar zal geen ander teken krijgen dan dat van Jona. Zoals Jona een teken was voor de inwoners van Nineve, zo zal de Mensenzoon een teken voor deze generatie zijn.
Op de dag van het oordeel zal de koningin van het Zuiden samen met de mensen van deze generatie opstaan en hen veroordelen, want zij was van het uiteinde van de aarde gekomen om te luisteren naar de wijsheid van Salomo, en hier zien jullie iemand die meer is dan Salomo!
Op de dag van het oordeel zullen de Ninevieten samen met deze generatie opstaan en haar veroordelen; want zij hadden zich bekeerd na de prediking van Jona, en hier zien jullie iemand die meer is dan Jona!

Van Woord naar leven

Jona,… een mooi figuur. Hij is het teken van Gods zorg voor de mensheid, van Gods bekommernis om ieder mens. In zijn leven verpersoonlijkte Jona als het ware de zorg van God om zijn kinderen.

Jezus vergelijkt zich vandaag met Jona, in de zin dat de Mensenzoon, ook een teken is van Gods zorg voor de mensheid. Hij doet er zelfs nog een schepje bovenop: ‘Jullie zien hier iemand die meer is dan Jona’.

Dat ‘meer’ zit ‘m in het feit dat Jezus de langverwachte Messias is, Gods mensgeworden Woord, om de mensheid te vervullen met zichzelf, haar ten diepste te redden, op te tillen, Gods Pasen aan te bieden.

Lieve mensen, hoe dragen wij Jezus in ons hart?
Mag Hij werkelijk diegene zijn die Hij is: Gods Zoon, levende Liefde van de Vader, Beeld van God, onze beschermer, Weg ten leven, Brood ons gegeven, genezend licht, deur tot het ware leven, Herder voor het verloren schaap, onze levende hoop?

Laten we zijn liefde werkelijk toe die Hij heeft voor ieder van ons?  Laten we ons erdoor verteren? Durven we de stap te wagen te verdwijnen in Hem?

Moge deze vastenperiode ons bewust maken van onze diepste roeping als christen.

kris

Reageren, je eigen woordje plaatsen, of uitwisselen over de overweging, kan via de blog Van Woord naar leven.

Laten wij bidden

Goede God,
beziel ieder van ons met de gave van uw heilige Geest. Maak ons vanbinnen arm om leeg te kunnen zijn voor U. Maar ons bereid U in uw Zoon te ontvangen. Geef ons dat innerlijke vuur dat ons in eenvoud en diep geloof doet schenken aan Jezus, Hij de volheid van ons leven, de ziel van onze liefde voor ieder.
In Christus’ naam. Amen.

De Bijbelteksten zijn ontleend aan de NBV21, © Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap.
De korte inleidingen op de lezingen zijn van de hand van Kris.