“Wie de belangrijkste wil zijn, moet de minste van allemaal willen zijn en ieders dienaar.”
Het maandelijkse ‘Woord van leven’ is een zin uit de Bijbel met een uitleg die wil helpen om de woorden in concreet leven om te zetten. De tekst wordt in 90 talen door de Focolarebeweging uitgegeven en bereikt wereldwijd miljoenen mensen. Hier volgt het ‘Woord van leven’ voor de komende maand september.
“Wie de belangrijkste wil zijn, moet de minste van allemaal willen zijn en ieders dienaar.” Marcus 9:35
Op weg met Jezus naar Kafarnaüm hebben de leerlingen onder elkaar een levendige discussie. Maar wanneer Jezus vraagt wat ze met elkaar bespreken, hebben ze niet de moed om te antwoorden, misschien omdat zij zich een beetje schamen. Ze waren namelijk bezig om vast te stellen wie onder hen de belangrijkste was.
Jezus had meermalen mysterievol gesproken over het lijden dat Hem te wachten zou staan. Maar voor Petrus en de anderen was dat te moeilijk te aanvaarden. In feite zouden zij pas na de ervaring van Jezus’ dood en verrijzenis ontdekken wie Hij werkelijk is: de Zoon van God die zijn leven geeft uit liefde.
Om hen te helpen werkelijk zijn leerlingen te zijn, gaat Jezus zitten, roept hen rondom zich en openbaart de ware aard van wie in zijn logica de belangrijkste is.
“Wie de belangrijkste wil zijn, moet de minste van allemaal willen zijn en ieders dienaar.”
Ondanks de zwakheid en kleinmoedigheid van de leerlingen, heeft Jezus vertrouwen in hen en roept hen op om Hem te volgen en te doen zoals Hij: iedereen dienen. Hier kunnen we denken aan de opdracht van de apostel Paulus aan de christenen van Filippi: “Handel niet uit geldingsdrang of eigenwaan, maar acht in alle bescheidenheid de ander belangrijker dan uzelf. Heb niet alleen uw eigen belangen voor ogen, maar ook die van de ander. Laat onder u de gezindheid heersen die Christus Jezus had” (Filip. 2:3-5). Dienen, maar niet als een slaaf die tot werken wordt gedwongen, maar als een vrij mens die edelmoedig zijn talenten en zijn kracht aanbiedt, die actief is om iets te doen ten gunste niet alleen van een groep, maar van allen die zijn hulp nodig hebben, zonder uitzondering en zonder vooroordeel.
Het is ook een oproep aan ons vandaag, om een open geest en hart te hebben, de noden van anderen te herkennen en er zorg voor te dragen, om actief te zijn in het opbouwen van goede menselijke relaties, om onze talenten in te zetten voor het algemeen welzijn, elke dag opnieuw te beginnen, ondanks onze mislukkingen. Het is een uitnodiging om onszelf op de laatste plaats te stellen en te werken aan de enig mogelijke toekomst: universele broederschap.
“Wie de belangrijkste wil zijn, moet de minste van allemaal willen zijn en ieders dienaar.”
Chiara Lubich, die dit woord van Jezus van commentaar voorzag, stelde voor hoe we het tot concreet leven kunnen maken: “Door net als Jezus de laatste plaats te kiezen in de vele gelegenheden die ons heel de dag door worden geboden. Is aan ons een taak toevertrouwd? Laten we dan niet denken dat wij ‘iemand’ zijn; geef geen ruimte aan hoogmoed en eigendunk. Laten we niet vergeten dat het belangrijkste is onze medemens lief te hebben. Laten we van de iedere situatie gebruik maken om onze naaste beter te dienen, tot in de kleinste dingen: de persoonlijke contacten, de nederige dagelijkse plichten, de hulp aan onze ouders, de vrede en harmonie in ons gezin, de opvoeding van de kinderen… Ja, hoe de dingen ook gaan, laten we niet vergeten dat christendom betekent lief te hebben en bij voorkeur de geringsten. Als we zo leven, zal ons bestaan een voortdurend meebouwen zijn aan het Rijk van God op aarde. Dan zal , zoals Jezus heeft beloofd, ons ‘al het andere in overvloed’ worden geschonken, en zullen we daarvan ook nog kunnen uitdelen aan anderen. Zo worden we voor anderen tot een verlengstuk van Gods Voorzienigheid.”(1)
De bescherming van de planeet, ons gemeenschappelijke huis, is een heel actuele dienst aan de wereldgemeenschap. In veel Kerken wordt de maand september dit jaar geopend met de viering van de Tijd van de Schepping, die duurt tot 4 oktober.
De gemeenschap van Taizé heeft voor deze gelegenheid het volgende gebed voorgesteld: “God van liefde, schenk ons de genade om de oneindige schoonheid te bevatten van wat U hebt geschapen, van alles wat van U komt, van uw onuitputtelijk mededogen. Vergroot onze zorg voor anderen en voor de hele schepping. Leer ons de waarde te ontdekken van alles wat bestaat en maak ons brengers van vrede in de mensenfamilie.”
Letizia Magri
(1) Chiara Lubich, Woord van leven van september 1985