Lezingen van de dag – zondag 11 december 2016
derde zondag van de advent – A
Uit de profeet Jesaja 35, 1-6a + 10
Het hele gebeuren van de uittocht uit Egypte heeft Israël nooit kunnen vergeten. Wanneer Jesaja over het oordeel van God wil spreken, over de dag van wraak voor de trouwelozen, de dag van vreugde voor de bedroefden, zieken en kleinen, dan ziet hij dit als een nieuwe uittocht voor de ballingen op weg naar Sion. God bouwt en herbouwt zijn Rijk zonder ophouden.
Zo spreekt de Heer:
De woestijn zal zich verheugen, de dorre vlakte vrolijk zijn, de wildernis zal jubelen en bloeien, als een lelie welig bloeien, jubelen en juichen van vreugde.
De woestijn tooit zich met de luister van de Libanon, met de schoonheid van de Karmel en de Saron.
Men aanschouwt de luister van de Heer, de schoonheid van onze God.
Geef kracht aan trillende handen, maak knikkende knieën sterk.
Zeg tegen het moedeloze volk: ‘Wees sterk en vrees niet, want jullie God komt met zijn wraak. Gods vergelding zal komen, Hijzelf zal jullie bevrijden.’
Dan worden blinden de ogen geopend, de oren van doven worden ontsloten.
Verlamden zullen springen als herten, de mond van stommen zal jubelen.
Zij die de Heer heeft bevrijd, keren terug.
Jubelend komen zij naar Sion, gekroond met eeuwige vreugde.
Gejuich en vreugde trekken de stad binnen, gejammer en verdriet vluchten eruit weg.
Psalm 146, 5-10
Refr.: Kom, Heer, om ons te redden.
Gelukkig wie de God van Jakob tot hulp heeft,
wie zijn hoop vestigt op de Heer, zijn God,
die hemel en aarde heeft gemaakt,
de zee en alles wat daar leeft,
Hij die trouw is tot in eeuwigheid,
recht doet aan de verdrukten,
brood geeft aan de hongerigen.
De Heer bevrijdt de gevangenen,
de Heer opent de ogen van blinden,
de Heer richt de gebogenen op,
de Heer heeft de rechtvaardigen lief.
De Heer beschermt de vreemdelingen,
wezen en weduwen steunt Hij,
maar wie kwaad doen, richt Hij te gronde.
De Heer is koning tot in eeuwigheid,
je God, Sion, van geslacht op geslacht.
Uit de brief van Jakobus 5, 7-10
De tekenen van het Koninkrijk blijven onopvallend. Wij moeten geloven als de boer die weet dat het zaad groeit onder de sneeuw. Blijven wachten op de wederkomst van de Heer en elkaar geduldig verdragen, dat zijn overtuigende vormen van christelijke hoop.
Heb geduld, broeders en zusters, tot de Heer komt. Denk eens aan de boer, die geduldig blijft wachten op de kostbare opbrengst van zijn land, tot de regens van najaar en voorjaar zijn gevallen.
Wees net zo geduldig en houd moed, want de Heer zal spoedig komen.
Klaag niet over elkaar, broeders en zusters, want daarmee roept u het oordeel over u af. Bedenk dat de rechter voor de deur staat.
Neem een voorbeeld aan het geduldige lijden van de profeten die in de naam van de Heer spraken.
Alleluia.
De geest van de Heer is over mij gekomen;
Hij heeft mij gezonden
om aan armen de Blijde Boodschap te brengen.
Alleluia.
Uit het evangelie volgen Matteüs 11, 2-11
Gods liefde die de zondige mens in Jezus mag ervaren is het teken dat het Koninkrijk nabij komt.
Toen Johannes in de gevangenis over het optreden van de Messias hoorde, stuurde hij enkele van zijn leerlingen naar Hem toe met de vraag: ‘Bent U degene die komen zou of moeten we een ander verwachten?’
Jezus antwoordde: ‘Zeg tegen Johannes wat jullie horen en zien: blinden kunnen weer zien en verlamden weer lopen, mensen met huidvraat worden gereinigd en doven kunnen weer horen, doden worden opgewekt en aan armen wordt het goede nieuws bekendgemaakt. Gelukkig is degene die aan mij geen aanstoot neemt.’
Toen ze weer vertrokken, begon Jezus met de mensen over Johannes te spreken: ‘Waar zijn jullie in de woestijn naar gaan kijken? Naar het wuiven van het riet in de wind? Wat zijn jullie dan gaan zien? Een mens die rijk gekleed ging? Welnee, wie rijk gekleed is, verkeert in koninklijke kringen. Maar wat zijn jullie dan wel gaan zien? Een profeet? Jazeker, zeg Ik jullie, en zelfs meer dan een profeet. Hij is degene over wie geschreven staat: “Let op, Ik zend mijn bode voor je uit, hij zal een weg voor je banen.”
Ik verzeker jullie: er is onder allen die uit een vrouw geboren zijn nooit iemand opgetreden die groter was dan Johannes de Doper; maar in het Koninkrijk van de hemel is de kleinste nog groter dan hij.’
Van Woord naar leven
De overweging op de derde adventszondag is van de hand van Frans Mistiaen, sjVorige week hoorden wij hoe de ascetische Johannes de Doper een strenge, veroordelende Messias aankondigde: "Elke boom die geen goede vruchten draagt, zal Hij omhakken en in het vuur werpen! Hij zal zijn dorsvloer grondig zuiveren en het kaf verbranden in het onblusbaar vuur!" In sommige teksten van het Oude Testament werd de komst van de Messias inderdaad beschreven als een verschijning met schrikwekkende macht. Vele joden - en ook Johannes - schijnen de Messias te hebben verwacht als een oordelende, dreigende en veroordelende rechter.Vandaag horen wij Johannes opnieuw, maar nu nadat Jezus reeds een hele tijd als Messias was opgetreden. En hoe had Hij dat gedaan? Hij had zieken genezen, arme vissers tot leerlingen gekozen, gegeten met tollenaars, zondaars en slechte vrouwen. Hij had zelfs verklaard dat men zijn leven moest verliezen om het te redden. Jezus had zich dus helemaal niet gedragen als een veroordelende rechter, zoals Johannes dat van Hem verwachtte, maar als een aanmoedigende en liefhebbende Redder. Het is dan ook begrijpelijk dat Johannes in een crisis geraakt. Zelf in de gevangenis geworpen, vraagt hij zich af of hij zich niet in Jezus heeft vergist. Hij stuurt daarom leerlingen om Hem te vragen: "Zijt Gij wel de echte Messias, Gij, die geen geweld gebruikt en geen veroordelingen uitspreekt, maar integendeel geduldig en barmhartig zijt?"Wij kunnen ons vandaag wel herkennen in die Johannes met zijn twijfels over Jezus. Soms - vooral in crisismomenten dan - roepen ook wij nog naar een god die alles ondersteboven zou kunnen gooien, maar het niet doet: "Waarom, God, bliksemt Gij de slechteriken niet neer, wanneer zij op het punt staan anderen kwaad of pijn te doen? Waarom, God, gebruikt Gij toch uw "macht" niet om eens en voorgoed al het kwaad en het lijden dat op onze wereld bestaat, te verdelgen?" Naar zo'n machtige afgod verlangen wij soms nog.In zijn antwoord aan Johannes wijst Jezus resoluut die verkeerde opvatting over God en zijn Messias af. Jezus wil ons en Johannes duidelijk maken dat God onder de mensen komt, niet als een machthebber die dreigt, oordeelt en veroordeelt, maar als een Redder die geneest, die aanmoedigt en vreugde brengt. En Hij wijst er Johannes op dat dit aspect van de Messias ook reeds in de oude teksten vermeld stond: nl. bij Jesaja: "Hij zal blinden laten zien, doven laten horen, armen blij maken!" Hierover gaat het evangelie van vandaag dus: over het nieuwe godsbeeld, over het nieuwe inzicht aangaande de Messias, die niet op de eerste plaats een rechter en een veroordeler is, maar een Vader voor allen, dus ook voor de armen en de zwakken. Jezus leert ons geen God kennen van vuur en oordeel, maar een God van liefde, zachtheid en geduld.Het vraagt van ons - zoals van Johannes - een hele bekering: te aanvaarden dat onze God nooit de weg kiest van de overdonderende machtsontplooiing die mensen zou dwingen of verplichten, maar altijd en steeds opnieuw de weg van de weerloze liefde die mensen uitnodigt tot wederliefde uit vrije wil.En kijk, deze God, deze Liefde, kan ook dit jaar opnieuw in onze wereld geboren worden, niet als wij erop uit zijn onze medemensen streng te beoordelen en te veroordelen, wel als wij integendeel meewerken om de zachtheid, het geduld en de liefde meer kansen te geven. Als wij wat meer hoop laten zien aan de blinden en aan alle verblinde zwartkijkers rondom ons, als wij wat meer moed bieden aan de lammen en alle verlamde futlozen rondom ons, als wij wat meer vreugde schenken aan de armen en al wie kansarm is rondom ons. En dat is reeds aan het gebeuren! Overal waar mensen zich daadwerkelijk ten dienste stellen van de zieken, de zwakken, de eenzamen, de onrechtvaardig behandelden; allemaal tekens van daadwerkelijke zorg voor de kansarmen en de vreemdelingen in onze steden en dorpen in naam van onze God, die niet veroordeelt, maar redt. Zijn Rijk van liefde groeit! Ziet gij het niet?Op deze derde zondag van de Advent willen wij christenen ons aansluiten bij diegenen die meewerken aan de nieuwe komst, niet van een veroordelende Rechter, maar van een barmhartige en liefdevolle Redder.Reageren, je eigen woordje plaatsen, of uitwisselen over de overweging, kan via de blog Van Woord naar leven.
Laten wij bidden
Goede God, geduldig en getrouw bereidt Gij ons voor op de komst van Jezus. Ontsluit ons hart; dat wij onbevangen Hem herkennen die midden onder ons zal komen: uw Zoon, onze broeder en Heer.
De Bijbelteksten zijn ontleend aan de NBV21, © Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap.
De korte inleidingen op de lezingen zijn van de hand van Kris.