Lezingen van de dag – dinsdag 23 januari 2018
dinsdag in week 3 door het jaar
Uit het tweede boek Samuël 6, 12b-15 + 17-19
De koning van Israël was niet alleen een politiek, maar ook een godsdienstig leider. Nadat David eerst zorgde voor een centrale residentie, zorgt hij nu ook dat de ark van het Verbond een centrale plaats krijgt in Jeruzalem.
Toen koning David hoorde dat de Heer Obed–Edom en zijn familie en bezittingen had gezegend vanwege de aanwezigheid van de ark van God, ging hij naar het huis van Obed–Edom om de ark feestelijk in te halen in de Davidsburcht.
Telkens als de dragers van de ark van de Heer zes passen gedaan hadden, offerde hij een stier en een vetgemeste koe.
Vol overgave danste hij voor de Heer, slechts gekleed in een linnen priesterhemd.
Onder gejuich en stoten op de ramshoorn brachten David en de Israëlieten de ark van de Heer de berg op.
De ark van de Heer werd neergezet in de tent die David ervoor had opgericht, en David bracht de Heer brandoffers en vredeoffers.
Na afloop daarvan zegende hij het volk in de naam van de Heer van de hemelse machten.
Aan heel het volk, aan alle aanwezige Israëlieten, zowel de mannen als de vrouwen, liet hij brood, gedroogde dadels en rozijnen uitdelen. Daarna ging iedereen naar huis.
Psalm 24, 7-10
Refr.: De Heer is de koning vol majesteit.
Hef, o poorten, uw hoofden omhoog,
verhef u, aloude ingangen:
de Koning vol majesteit wil binnengaan.
Wie is die Koning vol majesteit ?
De Heer, machtig en heldhaftig,
de Heer, heldhaftig in de strijd.
Hef, o poorten, uw hoofden omhoog,
verhef ze, aloude ingangen:
de Koning vol majesteit wil binnengaan.
Wie is Hij, die Koning vol majesteit ?
De Heer van de hemelse machten,
Hij is de koning vol majesteit.
Uit het evangelie volgens Marcus 3, 31-35
Zij die de wil van God volbrengen.
Jezus’ moeder en zijn broers waren aangekomen. Ze stuurden iemand naar binnen om Hem te halen. Zelf bleven ze buiten wachten.
Er zat een groot aantal mensen om Hem heen, en die zeiden tegen Hem: ‘Uw moeder en uw broers staan buiten en zoeken U.’
Hij antwoordde: ‘Wie zijn mijn moeder en mijn broers?’
Hij keek de mensen aan die in een kring om hem heen zaten en zei: ‘Jullie zijn mijn moeder en mijn broers. Want iedereen die de wil van God doet, die is mijn broer en zuster en moeder.’
Van Woord naar leven
Vandaag zegt Jezus: 'Ieder die de wil van God doet, die is mijn broer en zuster en moeder.'Broers en zussen zijn we voor elkaar wanneer we ons bewust zijn dat het evangelie, dat de Kerk, ons roept om gemeenschap met elkaar te vormen. Kerk kun je nooit op je eentje vormen, maar enkel in broederschap met allen die de Heer rond Hem samenbrengt. Ook kleinere gemeenschappen moeten erover waken dat zij niet louter op zichzelf betrokken geraken, want dan wordt het muf en verliest het alle uitstraling. Ramen open is de boodschap, opdat ieder in en uit kan gaan, en de Geest kan waaien waar Hij wil. Immers enkel in de Geest kan de wil van de Vader volbracht worden, en blijft een gemeenschap fris en missionair.Moeder zijn wij voor mekaar wanneer we elkaar in het hart van de Kerk brengen, tot bij Jezus dus. Het is de roeping van ieder christen om op deze wijze bij elkaar te zijn. Zoals een moeder waakt over haar kinderen, en hen liefdevol leidt naar het hart van het leven, zo mogen wij bij elkaar zijn, elkaar dienend leiden en dragen, in een geest van warme broederschap, geleid door God zelf.Moge we als Kerk zo in de wereld staan, broederschap vormend ver buiten haar eigen grenzen.krisReageren, je eigen woordje plaatsen, of uitwisselen over de overweging, kan via de blog Van Woord naar leven.
Laten wij bidden
Heer Jezus, trek ieder van ons naar U toe, neem ons in U op, breng ons in de wil van de Vader, opdat wij verenigd met U, anderen tot bij U mogen brengen, als een fris, blij en bevrijdend gebeuren. Amen.
De Bijbelteksten zijn ontleend aan de NBV21, © Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap.
De korte inleidingen op de lezingen zijn van de hand van Kris.