dinsdag in week 28 door het jaar
Uit de brief van Paulus aan de Galaten 5, 1-6
Paulus roept de Galaten op om de vrijheid die Christus heeft gebracht te omarmen en niet terug te keren naar de slavernij van de wet. Hij benadrukt dat ware rechtvaardigheid voortkomt uit geloof, dat zichtbaar wordt in liefde, en niet uit rituele naleving.
Broeders en zusters,
Christus heeft ons bevrijd opdat wij in vrijheid zouden leven; houd dus stand en laat u niet opnieuw een slavenjuk opleggen.
Luister naar wat ik, Paulus, tegen u zeg: als u zich laat besnijden, zal Christus u niets baten. Nogmaals, ik verzeker u dat iedereen die zich laat besnijden verplicht is om de hele wet na te leven.
Als u probeert rechtvaardig verklaard te worden door de wet na te leven, bent u van Christus losgemaakt en hebt u Gods genade verspeeld. Want door de Geest hopen en verwachten wij dat we op grond van geloof rechtvaardig verklaard worden.
In onze eenheid met Christus Jezus is het niet van belang of iemand besneden is of niet, maar telt alleen het geloof, dat zich uit in liefde.
Tussenzang: Psalm 119, 41 + 43-45 + 47-48
Refr.: Laat mij, Heer, uw trouw ervaren.
Laat mij, Heer, uw trouw ervaren,
red mij zoals U hebt beloofd.
Neem de waarheid nooit weg uit mijn mond,
in uw voorschriften stel ik mijn hoop.
Ik zal mij houden aan uw wet,
voor eeuwig en altijd.
Laat mij voortgaan op een ruime weg,
want steeds zoek ik uw regels.
Ik verheug mij in uw geboden,
ik heb ze lief.
Ik hef mijn handen op naar uw geboden,
ik heb ze lief.
Uw wetten blijf ik overdenken.
Vers voor het evangelie (Joh 14, 6)
Alleluia.
Ik ben de weg, de waarheid en het leven,
zegt de Heer.
Niemand kan bij de Vader komen dan door Mij.
Alleluia.
Uit het evangelie volgens Lucas 11, 37-41
Jezus confronteert de farizeeën met hun focus op uiterlijke reinheid terwijl hun innerlijke houding vervuld is van onrecht. Hij roept op tot een zuiver hart dat zich uit in zorg voor de armen, wat echte reinheid brengt.
Toen Jezus uitgesproken was, nodigde een farizeeër Hem uit voor de maaltijd.
Eenmaal binnen ging Hij meteen aanliggen.
Toen de farizeeër dat zag, verwonderde hij zich erover dat Hij zich niet eerst gewassen had voor de maaltijd.
Maar de Heer zei tegen hem: ‘Ach jullie farizeeën! De buitenkant van de beker en de schotel reinigen jullie, maar jullie eigen binnenkant is vol roofzucht en slechtheid. Dwazen, heeft Hij die de buitenkant gemaakt heeft niet ook de binnenkant gemaakt? Geef liever de inhoud van beker en schotel als gift aan de armen, dan is niets meer onrein voor jullie!’
Van Woord naar leven
BINNENLOPEN IN JE EIGEN KASTEEL, EEN ZOEKTOCHT
(Bij Ps 119, 43. 45 / Lc 11,37-41)
Beste mensen, vandaag vieren we de feestdag van Teresa van Avila, een Spaanse mystica, en kerklerares (1515-1582),
Teresa is een veelzijdige vrouw. Ik wil maar één onderwerp aanreiken, namelijk enkele gedachten uit haar laatste boek. Ze was zelf toen ze het schreef goed zestig jaar. Ze had al een lange weg afgelegd. Het was niet haar eigen initiatief om over het innerlijk gebed een boek te schrijven. Ze deed dat op dringend verzoek van degene die haar begeleidde.
Teresa is zeker niet als heilige geboren. Ze heeft veel weerstanden moeten overwinnen, zowel uiterlijk als innerlijk. Teresa was tegelijkertijd ‘gehoorzaam’ en eigenzinnig. Bovendien zeer origineel.
Haar boek heette El castillo interior, in het Nederlands verschenen als Het Kasteel van de ziel, of ook vertaald als De innerlijke burcht.
In dit boek beschrijft ze het proces van inkeer door via zeven ‘verblijven’ (kamers) uiteindelijk, gezuiverd van al wat haar afleidt, in het centrum aan te komen, waar God woont. Teresa schrijft heel beeldend, vaak met beelden uit het gewone leven, heel herkenbaar. Niet als geleerde vrouw, wel als een sprankelend originele persoon.
Dit betekent niet dat haar eigen gebedsleven als van een leien dakje verliep. Ik las ergens dat ze wel twintig jaar geen voldoening vond in het gebed. Het mag ons een troost zijn als het voor ons ook niet altijd ‘voldoet’ of goed verloopt. Bidden is voor een groot deel iets wat je gegeven mag worden. Geen eigen prestatie.
Mensen die alleen oppervlakkig leven, en zich nooit de tijd gunnen om ‘naar binnen’ te kijken, noemt Teresa ‘doofstommen.’ Ze komen niet verder dan het eerste van de zeven verblijven die zich om het centrum heen bevinden. Bovendien is en blijft het een wisselspel. Nu weer stappen terug, dan weer vooruit. De ervaringen gaan een leven lang door. Ook ons leven heeft te maken met momentopnames van naar binnen en naar buiten gaan, perioden van dorheid, onvermogen, die kunnen afwisselen met gelukservaringen.
Teresa ervaart die ‘diepste dimensie’ waar de ziel verenigd is met God, ook in de natuur en in andere mensen of in gebeurtenissen. Dat geldt uiteraard ook voor ons.
Een luisterend oor hebben, gericht op je diepste innerlijke verlangen. Teresa haalt een tekst uit Genesis aan, dat wij naar Gods beeld geschapen zijn. Hij bewoont ons als zijn huis. Wij kunnen zelf dat kasteel zijn, waar Hij in woont. Het gaat er in het gebed om Hem te ontmoeten in ons eigen wezen.
In haar Hooglied zegt Teresa het zo:
Ziel, zoeken moet je jezelf in Mij en Mij moet je zoeken in jezelf. Zo heeft, o ziel, de liefde jouw beeld in mij kunnen prenten dat niet een begaafde schilder, met al zijn meesterschap, dat beeld zou kunnen maken. Jij werd geschapen uit liefde, mooi, schoon en zo diep in mijn binnenste getekend, dat, als jij jezelf verliest, mijn lief, jij jezelf moet zoeken in Mij.
Vandaag komen we in psalm 119 andere woorden tegen die hetzelfde doel hebben. Ook daarin gaat het om de weg naar binnen. Als we niet ‘doofstom’ zijn, wordt ons die weg gewezen aan de hand van psalmen met de ‘wetten’ (wegen). Neem de waarheid nooit weg uit mijn mond, in uw voorschriften stel ik mijn hoop (vers 43) en in vers 45: Laat mij voortgaan op een ruime weg, want steeds zoek ik uw regels.
Ook het evangelie van vandaag gaat hierover. Jezus leert de farizeeën dat, als de binnenkant van de beker, (van je eigen innerlijk) schoon en zuiver is, dat je dan vanzelf naar buiten de vormen vindt om je uit te drukken, bijvoorbeeld in dienstbaarheid en naastenliefde.
Laten we bidden
Liefdevolle Vader,
wij vragen U om de genade
zo te leven dat het innerlijk gebed
ons leven mag bevruchten
zodat naar buiten zichtbaar wordt
dat we een steeds mooier beeld
van U mogen worden,
door Jezus, onze broeder en Heer.
Amen
Beste mensen, ik wens jullie een vruchtbare tocht naar het centrum van je kasteel. Het kasteel dat zijn jullie zelf.
Ricky
Om mee op weg te gaan
Probeer eens te mediteren met het beeld van het kasteel, en stap eens door de poort. Kijk eens wat je ziet, en of je ook iets kunt ontdekken over jezelf, of iets wat je voedt en verder leidt. Stap voor stap. En bid om inzicht.
Of mediteer met de zinnen uit haar Hooglied.
In 2002 verscheen het boek ‘Vonken uit de hemel: In gesprek met Teresa van Avila’ van Julie Feldbrugge. In dit werk neemt de auteur ons mee door zeven vraaggesprekken, die ze spiegelt aan de zeven kamers of verblijven van het innerlijk kasteel van Teresa van Avila. Julie’s eigen teksten, in cursief weergegeven, worden afgewisseld met de oorspronkelijke woorden van Teresa, in rechte letters. Deze wisselwerking laat zien hoe diep de inzichten van beide vrouwen met elkaar resoneren. Het is een boeiende dialoog tussen twee geestelijke zielen. Nico ter Linden verzorgt de inleiding van het boek.
Zie ook ‘Leestip van de dag’ van vandaag.
Blog ‘Van Woord naar leven’
Reageren of uitwisselen betreffende de lezingen of de overweging, kan via de blog ‘Van Woord naar leven’.
Om de kwaliteit van het gesprek te waarborgen worden de reacties geplaatst na moderatie.
De innerlijk burcht, beschreven door Teresa van Avila
De Bijbelteksten zijn ontleend aan de NBV21, © Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap.
De korte inleidingen op de lezingen zijn van de hand van Kris.