dinsdag in week 10 door het jaar
Uit de tweede brief van Paulus aan de Korintiërs 1, 18-22
Paulus verdedigt zich tegenover de Korintiërs. Zij beschuldigden hem van onstandvastigheid. Hij beroept zich daarbij op Gods trouw in Christus en op de trouw van de apostelen. Hun optreden kende geen onstandvastigheid: in hen was slechts één ja.
Broeders en zusters,
zo waar God trouw is, wanneer ik ja tegen u zeg bedoel ik ook ja, niet nee. De Zoon van God, Jezus Christus, die wij, Silvanus, Timoteüs en ik, aan u verkondigd hebben, was immers ook niet iemand die ja zei en nee bedoelde. Hij belichaamt het ja. In Hem worden alle beloften van God ingelost; en daarom is het ook door Hem dat we amen zeggen, tot Gods eer.
Het is God die u en ons Christus als fundament geeft, die ons allen heeft gezalfd, heeft gewaarmerkt als zijn eigendom en ons als voorschot de Geest gegeven heeft.
Psalm 119, 129 + 130 + 131 + 132 + 133 + 135
Refr.: Heer, keer U tot mij en wees mij genadig.
Uw richtlijnen zijn voor mij een wonder,
daarom volg ik ze met heel mijn hart.
Als uw woorden opengaan, is er licht
en inzicht voor de eenvoudigen.
Dorstig opent zich mijn mond,
zo hunker ik naar uw geboden.
Keer U tot mij en wees mij genadig,
dat is het voorrecht van wie uw naam bemint.
Stuur mijn gangen zoals U hebt beloofd,
lever mij niet uit aan de macht van het kwaad;
Laat het licht van uw gelaat over mij schijnen,
onderwijs uw dienaar in uw wetten.
Uit het evangelie volgens Matteüs 5, 13-16
De leerlingen van Christus worden het zout van de aarde en het licht van de wereld genoemd. Zoals het zout het voedsel smaak geeft, moeten zij de wereld de smaak van de liefde geven. Deze zorg om het Rijk Gods zal hen van binnenuit stuwen tot getuigenis, tot een licht zijn voor de wereld.
Jezus sprak tot zijn leerlingen:
‘Jullie zijn het zout van de aarde. Maar als het zout zijn smaak verliest, hoe kan het dan weer zout gemaakt worden? Het dient nergens meer voor, het wordt weggegooid en vertrapt.
Jullie zijn het licht in de wereld. Een stad die boven op een berg ligt, kan niet verborgen blijven. Men steekt ook geen lamp aan om hem vervolgens onder een korenmaat weg te zetten, nee, men zet hem op een standaard, zodat hij licht geeft voor ieder die in huis is. Zo moet jullie licht schijnen voor de mensen, opdat ze jullie goede daden zien en eer bewijzen aan jullie Vader in de hemel.’
Van Woord naar leven
‘Jullie zijn het zout van de aarde‘, horen we Jezus vandaag zeggen.
Wij hebben hier thuis de gewoonte om – weliswaar met een bakmachine – ons dagelijks brood zelf te bakken. Een goed afgewogen mengeling van bloem, gist, boter, zout en water… een dagelijkse handeling zonder na te denken.
Doch onlangs was ik zout vergeten. Uiterlijk zag je aan het brood geen verschil, maar wanneer ik het sneed merkte ik al snel wel het verschil: het viel uit elkaar én je kan wel raden dat de smaak naargelang was: uiterst flauw.
Jezus vergelijkt ons, mensen, met zout. Wij moeten zout voor de aarde zijn, zout voor de mensheid, zout voor de samenleving, zout voor onze gezinnen, zout in onze gemeenschappen, zout op de werkvloer, zout voor de klas, zout naar de buren toe, zout op de tram,…
Ieder van ons is geroepen smaak te geven aan het leven, ten gunste van allen die God ons toevertrouwt. We moeten geen angst hebben warme mensen te zijn voor elkaar, niet flauw bedoeld maar gemeend en hartelijk. We mogen teder zijn naar elkaar, diep vriendelijk, genegen, meevoelend, vreugdevol met hen die blij zijn, meegaand met hen die pijn dragen. We mogen vergeven, werken aan verzoening, niet deelnemen aan kwaadsprekerij of roddel.
Laten we elkaar zo nabij zijn dat het beste in ieder van ons naar boven kan komen, zodat elkeen kan openbloeien met zijn talenten en gaven, zijn mogelijkheden om van onze samenleving een gemeenschap te maken waar het goed is om leven.
Ja lieve mensen, laten we zout zijn voor elkaar. Doe het in eenheid met Jezus. Dan ben je in goed gezelschap, én mag je zeker zijn dat het goede vruchten oplevert.
kris
Reageren, je eigen woordje plaatsen, of uitwisselen over de overweging, kan via de blog Van Woord naar leven.
Laten wij bidden
Heer Jezus,
leer ons zout te zijn op aarde, smaakvol voor ieder. Moge die smaak vooral de belichaming zijn van uw liefde. Moge de heilige Geest ons daartoe enthousiasmeren, ons de spirit geven, de goesting om warm in het leven te staan, mét U Gods liefde gevend naar allen die Hij ons toevertrouwt.
In uw naam. Amen.
De Bijbelteksten zijn ontleend aan de NBV21, © Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap.
De korte inleidingen op de lezingen zijn van de hand van Kris.