Doop van de Heer – C

Vandaag vieren we het feest van de Doop van de Heer en sluiten we de kersttijd af. Dit feest laat ons stilstaan bij Jezus’ doop in de Jordaan en de diepe betekenis ervan, niet alleen voor Hem, maar ook voor ons. Jesaja introduceert in de eerste lezing de dienaar van de Heer, die in stilte en zachtheid gerechtigheid brengt en alzo een licht is voor de volken. In de Handelingen van de Apostelen spreekt Petrus over Jezus als degene die vrede en genezing brengt, gezalfd met de kracht van de heilige Geest. Hij verkondigt dat Gods liefde en redding voor iedereen bedoeld zijn. In het evangelie daalt de Geest neer op Jezus en klinkt de stem van de Vader: “Jij bent mijn geliefde Zoon.” Deze woorden herinneren ons eraan dat ook wij, door ons doopsel, kinderen van God zijn, door Hem bemind en gedragen, geroepen om zijn licht en liefde te verspreiden in ons dagelijks leven.
In ‘Van Woord naar leven’ staan we stil bij wat ons eigen doopsel voor ons vandaag betekent: een bron van leven, genade en roeping
.

Uit de profeet Jesaja 42, 1-4 + 6-7

Zo spreekt de Heer:
‘Hier is mijn dienaar, hem zal Ik steunen, hij is mijn uitverkorene, in hem vind Ik vreugde, Ik heb hem met mijn geest vervuld. Hij zal alle volken het recht doen kennen. Hij schreeuwt niet, hij verheft zijn stem niet, hij roept niet luidkeels in het openbaar; het geknakte riet breekt hij niet af, de kwijnende vlam zal hij niet doven. Het recht zal hij zuiver doen kennen. Hij zal niet uitdoven en niet breken tot hij op aarde het recht heeft gevestigd; de eilanden zien naar zijn onderricht uit.
In gerechtigheid heb Ik, de Heer, jou geroepen. Ik zal je bij de hand nemen en je behoeden, Ik neem je in dienst voor mijn verbond met het volk en maak je tot een licht voor alle volken, om blinden de ogen te openen, om gevangenen te bevrijden uit de kerker, wie in het duister zitten uit de gevangenis.’

Tussenzang: Uit ps 104

(Tekst onder geluidsfragment)

Refr.: Verheerlijk de Heer, wat zijt Gij groot, Heer, mijn God.

Met glorie en luister zijt Gij gekleed,
uw mantel is zuiver licht.
De hemel hebt Gij als een tentdoek gespannen
en boven de wateren liggen uw zalen.

De wolken hebt Gij als wagen genomen,
Gij rijdt op de rug van de wind.
De storm hebt Gij tot uw bode gemaakt,
de bliksemflitsen uw dienaars.

Hoeveel is het wat Gij gedaan hebt, Heer
en alles in wijsheid gemaakt.
De aarde is vol van uw schepselen.
Maar ook in de zee, zo diep en zo wijd
is het een gewemel van dieren,
ontelbaar grote en kleine.

En al deze dieren verwachten van U
dat Gij ze voedt op hun tijd.
Wat Gij voor hen uitstrooit verzamelen zij,
ze worden verzadigd als Gij uw hand opent.

Verbergt Gij uw aanschijn, dan worden zij angstig,
neemt Gij hun geest weg, dan komen zij om,
en keren terug tot de aarde.
Maar zendt Gij uw geest, dan komt er weer leven,
dan maakt Gij uw schepping weer nieuw.

Uit de Handelingen van de Apostelen 10, 34-38

In die dagen nam Petrus het woord en zei:
‘Nu begrijp ik pas goed dat God geen onderscheid maakt tussen mensen, maar zich het lot aantrekt van iedereen, uit welk volk dan ook, die Hem vereert en rechtvaardig handelt. God heeft aan de Israëlieten bekendgemaakt dat Hij door Jezus Christus het goede nieuws van de vrede is komen brengen. Deze Jezus is de Heer van alle mensen.
U weet wat er in heel het Joodse land is gebeurd, hoe het begon in Galilea, hoe God, na de doop waartoe Johannes opriep, Jezus van Nazaret met de heilige Geest heeft gezalfd en met kracht heeft bekleed. Hij trok als weldoener door het land en genas iedereen die in de macht van de duivel was, want God stond Hem bij.’

Vers voor het evangelie (Mc 9, 7)

Alleluia.
Toen kwam er een wolk,
die hen overdekte,
en uit de wolk klonk een stem:
‘Dit is mijn geliefde Zoon,
luister naar Hem!’
Alleluia.

Uit het evangelie volgens Lucas 3, 15-16 + 21-22

Het volk was vol verwachting, en allen vroegen zich af of Johannes misschien de messias was, maar Johannes zei tegen hen: ‘Ik doop jullie met water, maar er komt iemand die machtiger is dan ik; ik ben het zelfs niet waard om de riemen van zijn sandalen los te maken. Hij zal jullie dopen met de heilige Geest en met vuur.’
Heel het volk liet zich dopen, en toen ook Jezus was gedoopt en Hij aan het bidden was, werd de hemel geopend en daalde de heilige Geest in de gedaante van een duif op Hem neer, en er klonk een stem uit de hemel: ‘Jij bent mijn geliefde Zoon, in Jou vind Ik vreugde.’

Van Woord naar leven

VAN WATER NAAR LEVEN
(Bij Jes 42, 1-4 + 6-7 / Lc 3, 15-16 + 21-22)

Jezus koos ervoor om zich in de rij te scharen bij gewone mensen aan de oever van de Jordaan. Hij had geen bekering nodig, geen doop om zich te reinigen, en toch liet Hij zich onderdompelen in het water om zich te laten dopen door Johannes. Deze daad spreekt van een diepe nederigheid en een ongekende solidariteit. Jezus wilde niet boven de mensen staan, maar één van hen zijn. Hij koos ervoor om met ons het pad van de menselijkheid te bewandelen, tot in de diepste gebrokenheid en zwakheid van de mens. Dit was toen zo, en dat is vandaag nog steeds zo. Jezus is God die zich niet op afstand houdt, maar die dichtbij komt, die ons leven deelt. Hij is Emmanuel, God-met-ons. Mooi toch!

De doop van Jezus aan de Jordaan verwijst ons ook naar ons eigen doopsel, dat voor velen van ons jaren geleden plaatsvond, maar dat nooit ophoudt van betekenis te zijn. Ons doopsel is niet slechts een moment uit het verleden, maar een voortdurende bron van leven en genade. Het water waarmee we gedoopt zijn, verwijst naar de levendige aanwezigheid van de Heilige Geest, die overvloedig in ons leven stroomt. Elke dag mogen we ons opnieuw laven aan die bron, telkens weer beseffend dat we geroepen zijn tot een leven in Gods licht. De herinnering aan ons doopsel nodigt ons uit ons dagelijks te geven aan de warme en genadevolle gloed van de Heilige Geest die ons zal leren ons in nederigheid en vertrouwen te schenken aan de Heer.

Net zoals de stem van de Vader klonk bij Jezus’ doopsel, klinkt diezelfde stem ook tot ieder van ons: ‘Jij bent mijn veelgeliefde zoon, mijn veelgeliefde dochter, in jou vind Ik vreugde.’ Deze woorden zijn geen eenmalige bevestiging, maar een dagelijkse belofte van Gods liefde. Het water van het doopsel blijft stromen, en zo blijven deze woorden dagelijks weerklinken in ons leven. Stel je voor: de God van het universum die jou elke dag opnieuw zegt dat je geliefd bent, dat Hij vreugde vindt in jou. Is er iets groters, iets diepers dan leven in de zekerheid dat je bemind en gedragen bent door God zelf?

Laten we ons steeds opnieuw laten raken door die liefdevolle blik van God, die ons ziet als zijn geliefde kinderen. En laten we zo ons kleine ‘ja’ leggen in het grote ‘ja’ van Jezus tot de Vader.

Zo zullen we, in diepe verbondenheid met de Heer, Gods licht uitstralen door de woorden uit Jesaja van vandaag te belichamen:
Door geknakt riet niet te breken – maar met zachtheid om te gaan met wie gebroken is, hen te versterken in plaats van te veroordelen. Door geen kwijnende vlam te doven – maar door te bemoedigen waar hoop bijna uitgedoofd is door vonken van nieuwe kracht aan te wakkeren. Door niet te schreeuwen of luidkeels te roepen – maar door te spreken met een stem van vrede, een toon van liefde en een houding van nederigheid. Door recht te doen kennen – door eerlijk en rechtvaardig te handelen, ook wanneer dit niet vanzelfsprekend is. Door standvastig te blijven – door te volharden in liefde en trouw, ook bij donker weer. Door licht te zijn voor anderen – door te stralen van hoop, vreugde en barmhartigheid, als getuigen van Gods aanwezigheid. Door gevangenen te bevrijden – door anderen te helpen los te komen van wat hen gevangenhoudt, zoals angst, schuld of wanhoop. Door ogen te openen – door perspectief te bieden en te inspireren in liefde en waarheid. Door te troosten – door naast mensen te staan in hun verdriet, hen te dragen doorheen daad en woord.

Zo zullen wij, vanuit Gods Geest en in eenheid met Christus, Gods goedheid belichamen.

Mensen, laat ons leven, volop leven. In eenvoud en vreugde, in nederige overgave aan onze Drie-ene God.

Laten we bidden

Heer Jezus,
help ons telkens opnieuw
te leven vanuit ons doopsel,
te luisteren naar uw stem die zegt:
‘Jij bent mijn geliefde.’
Mogen wij zo,
gestuwd door uw Geest,
Gods licht zijn in deze wereld.
In U. Amen.

Geliefde mensen, laten we de herinnering aan ons doopsel omarmen als een blijvende bron van levend water.
Een mooie zondag,
kris


Om mee op weg te gaan

Hoe kijk je naar je eigen doopsel? Is het voor jou enkel een herinnering aan iets van lang geleden, of mag het een bron van levend water zijn, ook vandaag? Mag de genade van jouw doopsel doorwerken in je dagelijks leven? Als dit besef wat op de achtergrond is geraakt, kun je dan overwegen om je doopsel opnieuw op te diepen en de stenen die de stroom doorheen de jaren hebben belemmerd, weg te nemen, zodat de bron weer volop kan stromen?


Blog ‘Van Woord naar leven’

Reageren of uitwisselen betreffende de lezingen of de overweging, kan via de blog ‘Van Woord naar leven’.

Klik hier voor de blog.

Om de kwaliteit van het gesprek te waarborgen worden de reacties geplaatst na moderatie.

 

De Bijbelteksten zijn ontleend aan de NBV21, © Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap.
De korte inleidingen op de lezingen zijn van de hand van Kris.