Geroepen om heilig te zijn
Maandelijks biedt de gemeenschap van Taizé een Bijbeltekst aan met overweging om het zoeken naar God ook in het dagelijks leven door stilte en gebed te ondersteunen. Hieronder de tekst voor deze maand januari.
Van Paulus, dienaar van Christus Jezus, geroepen tot apostel en uitgekozen om het evangelie van God te verkondigen, dat al bij monde van zijn profeten in de heilige geschriften is beloofd: het evangelie over zijn Zoon, een mens voortgekomen uit het nageslacht van David, aangewezen als Zoon van God en door de heilige Geest bekleed met macht toen hij, Jezus Christus, onze Heer, opstond uit de dood. Hij heeft mij de genade geschonken apostel te zijn, opdat ik omwille van hem aan alle volken gehoorzaamheid en geloof zou verkondigen – ook aan u, die geroepen bent door Jezus Christus. Aan allen in Rome, geliefden van God, geroepen om zijn heiligen te zijn. Genade zij u en vrede van God, onze Vader, en van de Heer Jezus Christus. (Rom 1, 1-7)
Vandaag de dag wordt wie we zijn voor een belangrijk deel bepaald door wat we leuk vinden om te doen, wat ons interesseert, waar we ons prettig bij voelen, wat ons gelukkig maakt. Natuurlijk, deze dingen zijn belangrijk. Maar Paulus wijst ons een andere richting: waartoe we geroepen zijn.
In vers 1 schrijft Paulus aan de Romeinen dat hij geroepen is om apostel te zijn en dat ook zij op hun beurt geroepen zijn om bij Jezus Christus te horen en (in vers 6-7) om heilig te zijn. Deze dubbele roeping, namelijk van Paulus én van zijn lezers, vormt de omlijsting deze inleiding en de brief als geheel.
Paulus zegt dat hij als dienaar – of slaaf – van Jezus Christus geroepen is om het evangelie te verkondigen. Laten we eens stilstaan bij het woord “slaaf”. Het is hetzelfde woord dat gebruikt wordt voor Maria bij de aankondiging van Jezus’ geboorte door de engel. Bij de Romeinen was een slaaf de eigendom van zijn meester. Een slaaf was goed als hij deed wat zijn meester wilde of als hij zijn eigen wil aanpaste aan de wil van zijn meester. Paulus spreekt niet voor zichzelf, maar wil in alles een weerspiegeling vormen van zijn meester: Christus.
Paulus wordt apart gezet (‘geheiligd’) om het evangelie van God te verkondigen dat ons is beloofd in de bijbel en dat draait om Gods Zoon die naar het vlees door David is geboren, maar naar de Geest – Zoon van God – door de opstanding tot Heer is geworden.
Het was door deze Jezus dat Paulus de genade is geschonken om een apostel te worden (vers 5). Voor Paulus vormde de sleutel tot het ontdekken van zijn roeping dus het kennen van de opgestane Christus. Christus openbaarde zich aan Paulus en zond hem uit om het evangelie aan alle volkeren te verkondigen. Het ‘vlees’ is hier neutraal (niet negatief): het is gewoon het lichaam. Maar het is de Geest die nieuw leven geeft.
Door zichzelf met Christus te identificeren, nodigt Paulus gelovigen uit om in te zien dat ze dit nieuwe leven zijn binnengegaan. We zijn met Christus gestorven en opgestaan, zodat Hij ons door zijn Geest kan transformeren. Net als voor Paulus is de sleutel tot het ontdekken van onze roeping en het iedere keer weer vernieuwd worden ervan dus het kennen van de opgestane Christus en de kracht van de Geest die ons heiligt. We zijn bovenal geroepen om bij Jezus te horen en geheiligd te worden door dezelfde kracht die Christus uit de dood heeft opgewekt.
Ervaar je soms een spanningsveld tussen de roeping die je hebt ontvangen en de dingen die je graag doet? Is er sprake van tegenstrijdigheid of vullen deze twee dingen elkaar aan? Tegenstelling of vervulling? Het is misschien goed om dit spanningsveld voor God te brengen.
Als je een slaaf van Christus bent, wat betekent dat dan voor je dagelijks leven? Laten we het niet zien als vorm van onderwerping maar als het onszelf geven.
“Geroepen om heilig te zijn” – waar zie je deze transformatie in je eigen leven? Laten we er dankbaar voor zijn. Waar zie je tekenen hiervan in je eigen leven en de wereld om je heen?
Bron: Taizé