Gevormd door de Geest

Tijdens zijn Algemene Audiëntie op woensdag ging paus Franciscus gisteren verder met zijn catechese over de Heilige Geest. Hij sprak over het vormsel als een krachtig sacrament dat ons in staat stelt om ons geloof actief te beleven en te getuigen van de liefde van Christus in de wereld.

Beste broeders en zusters, goedemorgen!

Vandaag gaan we verder met onze bezinning over de aanwezigheid en het werk van de Heilige Geest in het leven van de Kerk, door middel van de sacramenten.

De heiligmakende werking van de Heilige Geest bereikt ons in de eerste plaats via twee wegen: het Woord van God en de sacramenten. Het vormsel is bij uitstek het sacrament van de Heilige Geest, waarop ik vandaag wil ingaan.

In het Nieuwe Testament wordt, naast de doop met water, ook een andere handeling beschreven, namelijk de handoplegging, bedoeld om op een zichtbare en charismatische manier de Heilige Geest te schenken, met effecten die vergelijkbaar zijn met wat de apostelen op Pinksteren beleefden. In de Handelingen der Apostelen lezen we een belangrijk voorval hierover. Toen men hoorde dat sommigen in Samaria het woord van God hadden ontvangen, stuurden zij Petrus en Johannes vanuit Jeruzalem naar hen toe. Zij “gingen erheen en baden voor hen, opdat zij de Heilige Geest zouden ontvangen, want die was op niemand van hen neergedaald; zij waren alleen gedoopt in de naam van de Heer Jezus. Toen legden zij hun de handen op en zij ontvingen de Heilige Geest” (8, 14-17).

Verder schrijft Paulus in de Tweede Brief aan de Korintiërs: “Degene die ons samen met u zekerheid geeft in Christus en ons gezalfd heeft, is God. Hij heeft ook zijn zegel op ons gedrukt en de Geest in ons hart gegeven als onderpand” (1, 21-22). Dit zegel, als waarborg van de Geest, ligt aan de basis van de leer van het “onuitwisbare karakter” dat door dit ritueel wordt verleend.

In de loop der tijd heeft de zalving zich ontwikkeld tot een sacrament op zichzelf, met verschillende vormen en betekenissen door de eeuwen heen. Het zou ons te ver voeren om deze complexe geschiedenis hier in detail te bespreken.
Wat de Kerk verstaat onder het sacrament van het vormsel wordt op een heldere en eenvoudige manier beschreven in het catechismus voor volwassenen van de Italiaanse Bisschoppenconferentie: “Het vormsel is voor alle gelovigen wat Pinksteren was voor de gehele Kerk. Het versterkt de doopverankering in Christus en de Kerk en de toewijding aan de profetische, koninklijke en priesterlijke roeping. Het schenkt overvloedige gaven van de Geest. Als de doop het sacrament van geboorte is, is het vormsel het sacrament van groei. Daarom is het ook het sacrament van getuigenis, omdat dit nauw verbonden is met de volwassenheid in het christelijk bestaan.”

Het probleem is hoe ervoor te zorgen dat het sacrament van het vormsel in de praktijk niet gereduceerd wordt tot een soort “laatste sacrament” – het sacrament van het “afscheid” van de Kerk. Er wordt vaak gezegd dat jongeren na hun vormsel afstand nemen en pas weer terugkeren voor hun huwelijk. Maar we moeten ervoor zorgen dat dit juist het sacrament van betrokkenheid wordt, van actieve deelname aan het leven van de Kerk. Dit lijkt misschien een onbereikbaar doel, gezien de huidige situatie in de Kerk, maar we mogen dit streven niet opgeven. Voor sommige vormelingen, zowel jong als oud, kan dit zeker werkelijkheid worden, en zij kunnen op hun beurt gemeenschapsleiders worden.

De voorbereiding op het vormsel kan baat hebben bij de inzet van leken die een persoonlijke ontmoeting met Christus hebben gehad en de Geest werkelijk hebben ervaren. Sommigen van hen beschrijven het vormsel als een moment waarop hun eigen geloofservaring tot bloei kwam.

Dit alles geldt niet alleen voor vormelingen, maar voor ons allemaal. Samen met het vormsel en de zalving hebben wij ook de band van de Geest ontvangen. De apostel noemt dit elders de “eerste vruchten van de Geest” (Rom 8, 23). We moeten deze band benutten en de vruchten smaken. We mogen vooral niet de ontvangen gaven begraven.

Paulus spoort Timoteüs aan om “de genadegave van God die door handoplegging aan hem is gegeven aan te wakkeren” (2 Tim 1, 6). De gebruikte werkwoordsvorm suggereert het beeld van iemand die op het vuur blaast om de vlam te doen opleven. Een mooi voornemen voor het jubileumjaar! Laten we de as van gewoonte en passiviteit wegblazen, om als fakkeldragers de vlam van de Geest te verspreiden. Moge de Geest ons begeleiden om stappen in deze richting te nemen!

Beste broeders en zusters,
In onze catechese over de Heilige Geest in het leven van de Kerk, stonden we stil bij het geschenk van de Geest ontvangen in het sacrament van het vormsel. Door handoplegging ontvangen we in dit sacrament het onuitwisbare zegel van de Heilige Geest, die ons de moed geeft ons geloof te verspreiden en te verdedigen als ware getuigen van Christus. Het vormsel verdiept het leven van de Geest dat ons bij de doop werd geschonken en moedigt ons aan om actief deel te nemen aan het leven en de missie van de Kerk. Laten we bidden dat de Heilige Geest de jongeren die dit sacrament ontvangen zal leiden naar een diepere ontmoeting met de Heer en hen zal inspireren tot een toegewijde inzet voor de verkondiging van het Evangelie.

Bron: Vatican-news