dinsdag in week 26 door het jaar

Uit het boek Job 3, 1-3 + 11-17 + 20-23

Toen Job door zoveel rampen was geslagen opende hij zijn mond en vervloekte de dag van zijn geboorte.
Hij zei: ‘Laat de dag dat ik geboren ben vergaan, en ook de nacht die zei: “Een jongen is verwekt.” Waarom ben ik niet in haar schoot gestorven, niet gestikt toen ik ter wereld kwam! Hadden knieën mij maar niet ontvangen en borsten mij maar niet gezoogd! Dan zou ik nu geborgen in de aarde liggen, dan zou ik geen zorgen hebben, ik zou slapen, omringd door koningen en raadsheren, bouwers van paleizen, al vergaan tot puin, tussen machtigen die goud bezaten en die hun huis met zilver vulden. Was ik maar als een misgeboorte weggestopt, als een kind dat het licht nooit heeft gezien. In het dodenrijk worden de goddelozen stil, zij die uitgeput zijn, vinden daar hun rust. Waarom geeft God het licht aan ongelukkigen, het leven aan verbitterden? Zij wachten op de dood die uitblijft, ze zoeken naar hem, meer dan naar schatten; hun vreugde kent geen grenzen, ze jubelen als ze hun graf gevonden hebben. Waarom geeft God het licht aan hem voor wie de weg verborgen blijft, wie Hij de weg verspert?’

Tussenzang: Psalm 88, 2-8

Refr.: Heer, laat mijn gebed U bereiken.

Heer, God, mijn redder,
ik roep tot U, ik schreeuw het uit,
bij dag en bij nacht.
Laat mijn gebed U bereiken.

luister naar mijn klagen,
ik word door rampen bezocht,
mijn leven nadert het dodenrijk.
Ik hoor bij wie afgedaald zijn in het graf.

Ik ben als een man aan het eind van zijn krachten,
als een naamloze dode ben ik,
als een gesneuvelde in een massagraf,
aan wie U niet langer denkt,
losgerukt uit uw hand.

U hebt mij onder in de kuil gelegd,
in het duister van de diepte,
uw toorn drukt zwaar op mij,
uw golven slaan over mij heen.

Vers voor het evangelie (Ps 27, 11)

Alleluia.
Wijs mij uw weg, Heer,
leid mij op een effen pad,
bescherm mij tegen mijn vijanden.
Alleluia.

Uit het evangelie volgens Lucas 9, 51-56

Toen de tijd naderde dat Jezus in de hemel zou worden opgenomen, ging Hij vastberaden op weg naar Jeruzalem. Hij stuurde boden voor zich uit. In een Samaritaans dorp, waar ze kwamen om zijn komst voor te bereiden, wilden de dorpelingen Hem niet ontvangen, omdat Jeruzalem het doel van zijn reis was.
Toen de leerlingen Jakobus en Johannes merkten dat Jezus niet welkom was, vroegen ze: ‘Heer, wilt U dat wij vuur uit de hemel afroepen dat hen zal verteren?’ Maar Hij draaide zich naar hen om en wees hen streng terecht.
Ze gingen verder naar een ander dorp.

Van Woord naar leven

VASTBERADEN OP WEG
(Job 3, 1-3 + 11-17 + 20-23 / Psalm 88, 2-8 / Lucas 9, 51-56)

Beste mensen, de lezingen van vandaag klinken zwaar. In de eerste lezing komt de eens zo rijke en vrome Job over als een man die het helemaal niet meer ziet zitten. Zijn situatie is totaal veranderd. Van de aanzienlijkste man van het oosten is hij de meest betreurenswaardige geworden, ziek van ellende, geminacht zelfs door zijn naaste vrienden die aanvankelijk wel begrip voor hm kunnen opbrengen door zeven dagen en nachten bij hem, zwijgend te gaan zitten, maar daarna hem vele verwijten maken. Job vervloekt de dag van zijn geboorte.

Ook in de psalmverzen van vandaag klinken dramatische woorden: Heer God, mijn redder, ik roep tot U, ik schreeuw het uit, bij dag en bij nach … ik word door rampen bezocht … mijn leven nadert het dodenrijk … als een naamloze dode ben ik, als een gesneuvelde in een massagraf aan wie U niet langer denkt, losgerukt uit uw hand.

Na zoveel klagende berichten, is het de vraag wat we dan van het evangelie kunnen verwachten? Het woord ‘evangelie’ betekent ‘blijde boodschap’. En enerzijds is het ook vandaag een blijde boodschap, want van Jezus wordt niet gezegd dat Hij het uitschreeuwt, al staat zijn toekomst als een groot zwart gat voor Hem. Hij beklaagt zichzelf niet, hij verwijt zijn vrienden niet dat ze Hem niet begrijpen, nee: Hij gaat vastberaden op weg.

Jezus staat voor nog veel grotere moeilijkheden dan Job of de psalmist.
Zijn leerlingen beseffen dat niet, maar Hij zelf des te meer. Wel hebben de leerlingen de lijdensvoorspellingen gehoord, maar ze zijn er nauwelijks op in gegaan. Jezus gaat, ook zonder dat Hij echt begrepen wordt, toch VASTBERADEN zijn eigen weg. Hij klaagt niet, al is Hij zich goed bewust van hetgeen Hem te wachten staat.
Uit het woord ‘vastberaden’ klinkt kracht, positieve kracht. Hij maakt zich niet afhankelijk van begrijpende vrienden. Ze lopen wel met hem mee, maar toch een beetje als te ver afstaande vrienden, die op dit moment Hem ‘alleen’ laten vanuit hun niet-begrijpen.

Misschien herinneren we ons uit onze levensloop dat we ooit voor een moeilijke, bijna onmogelijke taak stonden waar we danig van in de war geraakten. Gedroegen we ons toen een klein beetje als de psalmist of als Job, die het liefst nooit het levenslicht had willen zien? Hebben wijzelf onze geboorte ooit vervloekt? Dit is misschien wel een oosterse manier van zeggen, maar het kan zijn dat je, zonder de dag van je geboorte te vervloeken een lange of kortere tijd niet te genieten was, uitviel tegen iedereen omdat je de situatie waarin je terecht gekomen was, niet aankon: het verlies van een baan, of je gezondheid, of je geliefde, of een kind dat sterft enz. Je hebt er zeker nachten van wakker gelegen. Je werd misschien opstandig en je gebed was een grote noodkreet. Jij die je leven altijd zo goed in de hand had, bent plotseling alle grip en zeggingskracht over je leven kwijt. Je hebt je leven niet meer in de hand.  Je bent stuurloos geworden.

Nu naderde de tijd dat Jezus in de hemel zou worden opgenomen. Hij ging vastberaden op weg naar Jeruzalem. Voor die tenhemelopneming zou zich nog wel eerst een ‘drama’ voltrekken. Jezus wist zich echter in de rug gesteund door zijn Vader, die Hem geroepen had. Met zijn Vader hield hij contact. Jezus verwenste zijn geboorte niet, Hij volgde zijn roeping. Het leek een onmogelijke opdracht.

Wat een kracht moet er in Jezus zijn geweest, om vanuit de verschrikkelijke vooruitzichten niet zijn geboorte te verwensen of aan zijn roeping te twijfelen.

Laten we bidden

Jezus,
wij zijn uw volgelingen, maar net als Job en de psalmist maakt het levenslot ons soms helemaal benauwd. Wij kunnen het niet altijd aan. Wij vragen U om hulp als ons kruis te zwaar blijkt voor onze te smalle schouders. Wij vragen U om kracht ook onverschrokken en vastberaden ons kruis op te nemen. Door uw voorbeeld voor ogen en in verbinding met de Vader, zouden wij, net als U, vastberaden en moedig verder willen gaan. Moge uw vastberadenheid ons ten zegen zijn.
Amen

Beste mensen, vertrouwen op Hem die ons de kracht geeft, zal iets van vastberadenheid in ons wakker roepen. Dat wens ik jullie toe voor vandaag en alle dagen.
Ricky


Om mee op weg te gaan

Durf te kijken naar een voorbij of actueel moment in je leven waarop de nood zo groot was, dat je alle moed verloor, of nog steeds verliest. Heb de durf om het in de handen te leggen van Jezus of de Vader. Bid met eigen woorden om kracht en vastberadenheid. Niets forceren, niet dwangmatig denken. Er zijn zachte krachten  die veel sterker zijn. Koppel vastberadenheid aan vertrouwen.

Probeer in te voelen dat je geholpen wordt! Durf erin te geloven, dat geeft ruimte. Dus toch een ‘blijde boodschap!


Blog ‘Van Woord naar leven’

Reageren of uitwisselen betreffende de lezingen of de overweging, kan via de blog ‘Van Woord naar leven’.

Klik hier voor de blog.

Om de kwaliteit van het gesprek te waarborgen worden de reacties geplaatst na moderatie.

 

De Bijbelteksten zijn ontleend aan de NBV21, © Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap.
De korte inleidingen op de lezingen zijn van de hand van Kris.