zaterdag in week 11 door het jaar
Uit het tweede boek Kronieken 24, 17-25
Ook in de hoogste rangen van het Godsvolk is er ontrouw te ontdekken. Niemand is daarvan verstoken. Daar neemt ontrouw zelfs meer opvallende en schandelijke vormen aan. Niemand blijft ervan gespaard wanneer hij zich laat gaan.
Na de dood van Jojada kwamen de leiders van Juda de koning hulde betuigen. Vanaf die tijd luisterde de koning naar hen. Ze begonnen de tempel van de Heer, de God van hun voorouders, te verwaarlozen, en Asjerapalen en godenbeelden te vereren. Vanwege deze zonde werden Juda en Jeruzalem getroffen door een hevige toorn. De Heer stuurde profeten naar hen toe om hen op te roepen terug te keren naar de Heer, maar hun waarschuwingen werden in de wind geslagen.
Toen kwam de geest van God over Zecharja, de zoon van de hogepriester Jojada. Hij ging voor het volk staan en zei: ‘Dit zegt God: Waarom overtreden jullie de geboden van de Heer? Jullie zullen niets meer tot een goed einde brengen, want jullie hebben je van de Heer afgewend en daarom wendt Hij zich nu van jullie af.’ Maar men spande tegen hem samen, en op bevel van de koning werd hij in de voorhof van de tempel gestenigd. Koning Joas sloeg geen acht op de trouwe diensten die Zecharja’s vader Jojada hem bewezen had, en liet de zoon van zijn weldoener vermoorden. Zecharja’s laatste woorden luidden: ‘Moge de Heer zien wat mij wordt aangedaan en het vergelden.’
Aan het begin van het nieuwe jaar viel het Aramese leger Joas aan. Ze rukten op tegen Juda en Jeruzalem, doodden alle leiders van het volk en stuurden alles wat ze buitmaakten naar hun koning in Damascus. Want hoewel de Arameeërs hun aanval ondernamen met een kleine troepenmacht, leverde de Heer een zeer groot leger aan hen uit, omdat de Judeeërs zich van de Heer, de God van hun voorouders, hadden afgewend. Ook aan Joas werd de straf voltrokken. Nadat de Arameeërs hem zwaargewond hadden achtergelaten, spanden zijn hovelingen tegen hem samen om de dood van de zoon van de hogepriester Jojada te wreken. Hij werd op zijn ziekbed vermoord. Na zijn dood werd hij begraven in de Davidsburcht, maar hij werd niet bijgezet in de koninklijke grafkamers.
Tussenzang: Ps 89, 4-5 + 29-34
Refr.: Mijn liefde zal hem altijd beschermen.
Ik heb met mijn uitverkorene een verbond gesloten,
aan mijn dienaar David gezworen:
Jouw dynastie zal Ik voor eeuwig vestigen,
je troon in stand houden, geslacht na geslacht.
Mijn liefde zal hem altijd beschermen,
hecht is mijn verbond met hem.
Zijn dynastie houd Ik voor altijd in stand,
zijn troon zolang de hemel bestaat.
Als zijn zonen zich afkeren van mijn wet,
niet leven naar mijn voorschriften,
mijn wetten schenden,
mijn bevelen niet opvolgen …
… dan zal Ik hen tuchtigen voor hun misdaden,
hun zonden bestraffen met slagen.
Maar mijn liefde zal Ik hem niet afnemen,
mijn trouw aan hem niet breken,
Vers voor het evangelie (Ps 119, 18)
Alleluia.
Neem de sluier van mijn ogen,
dan zal ik zien hoe wonderlijk mooi uw wet is.
Alleluia.
Uit het evangelie volgens Matteüs 6, 24-34
Christenen kunnen de Heer niet dienen als ze hartstochtelijk vastzitten aan hun bezit en hun rijkdom. Dit belet niet dat ze zich moeten blijven inzetten voor het Rijk Gods. Ja, ze moeten het dagelijks zoeken. Hierbij moeten ze zich niet bezorgd maken, doch vertrouwen op Gods voorzienigheid.
In die dagen sprak Jezus tot zijn leerlingen:
‘Niemand kan twee heren dienen: hij zal de eerste haten en de tweede liefhebben, of hij zal juist toegewijd zijn aan de ene en de andere verachten. Jullie kunnen niet God dienen én de mammon.
Daarom zeg Ik jullie: maak je geen zorgen over je leven, over wat je zult eten of drinken, noch over je lichaam, over wat je zult aantrekken. Is het leven niet meer dan voedsel en het lichaam niet meer dan kleding? Kijk naar de vogels in de lucht: ze zaaien niet en oogsten niet en vullen geen voorraadschuren; het is jullie hemelse Vader die ze voedt. Zijn jullie niet meer waard dan zij? Wie van jullie kan door zich zorgen te maken ook maar één dag aan zijn levensduur toevoegen?
En wat maken jullie je zorgen over kleding? Kijk eens naar de lelies, kijk hoe ze groeien in het veld. Ze werken niet en weven niet. Ik zeg jullie: zelfs Salomo ging in al zijn luister niet gekleed als een van hen. Als God het groen dat vandaag nog op het veld staat en morgen in de oven gegooid wordt al met zoveel zorg kleedt, met hoeveel meer zorg zal Hij jullie dan niet kleden, kleingelovigen?
Vraag je dus niet bezorgd af: Wat zullen we eten? of: Wat zullen we drinken? of: Waarmee zullen we ons kleden? – dat zijn allemaal dingen die de heidenen najagen. Jullie hemelse Vader weet wel dat jullie dat alles nodig hebben. Zoek liever eerst het koninkrijk van God en zijn gerechtigheid, dan zullen al die andere dingen je erbij gegeven worden.
Maak je dus geen zorgen voor de dag van morgen, want de dag van morgen zorgt wel voor zichzelf. Elke dag heeft genoeg aan zijn eigen kwaad.
Van Woord naar leven
PRIORITEIT AAN HET KONINKRIJK VAN GOD
(Bij Mat 6, 24-34)
Onderstaande overweging is naar woorden van Vincenzo Paglia, ontleend aan ‘Het Woord van God elke dag – 2024’, uitgegeven bij Halewijn.
Zich aan God toevertrouwen betekent – in verbondenheid met de Jezus – vrij zijn van de slavernij van de dingen van de wereld, in het besef dat God ervoor zorgt dat het ons aan niets zal ontbreken.
Vaak sluipt de bekommernis over de dingen van de wereld, over ‘wat je zult eten of drinken of over kleding’, ons leven binnen en neemt het bezit van ons. De moeilijkheden van het werk, en de zorg om een rechtvaardig en verdiend loon, veranderen niet zelden in bekommernis.
De Heer nodigt niet uit tot nietsdoen. ‘Iemand die niet wil werken zal ook niet eten’ schrijft Paulus in niet mis te verstane woorden in zijn brief aan de Tessalonicenzen. Maar het is van cruciaal belang om ons niet te laten opslorpen door bekommernissen, in het volle vertrouwen dat de Heer ons leven kent en het goede met ons voorheeft.
En het goede betekent helemaal niet een hoeveelheid goederen. God is een echte Vader die voor zijn kinderen zorgt en in hun behoeften voorziet. De ware bekommernis van de leerlingen, zegt Jezus, moet die van het koninkrijk zijn. Dat wil zeggen de verkondiging van het evangelie, de opbouw van de gemeenschap en de dienst aan de armen. De leerling die deze ‘gerechtigheid’ van het koninkrijk zoekt, wordt zijn leven lang door de Heer gesteund en verdedigd.
Laten we bidden
Vader,
wij komen voor U met een nederig hart, zoekend naar uw leiding en liefde. Help ons om onze harten onverdeeld aan U toe te wijden, zoals Jezus ons heeft voorgedaan. Bevrijd ons van de zorgen van deze wereld en versterk ons vertrouwen in Uw voorziening en zorg.
Leer ons om de dingen van het koninkrijk op de eerste plaats te zetten, om uw evangelie te verkondigen en anderen te dienen met liefde en toewijding. Geef ons de kracht om onze dagelijkse plichten met vreugde en rechtvaardigheid te vervullen, zonder ons te laten verstrikken in zorgen.
Dank U, Vader, voor uw constante zorg en bescherming. Mogen wij altijd op U vertrouwen en uw gerechtigheid zoeken in alles wat we doen.
In Christus, onze Broeder en Heer.
Amen.
Geliefde mensen, moge deze dag je hart vullen met een diepe en onverdeelde liefde voor God. Zoek vandaag naar manieren om Zijn koninkrijk te verkondigen door daden van kleine goedheid en het uitspreken van opbouwende woorden. Moge je ervaren dat de Heer je voortdurend ondersteunt en beschermt.
Een mooi weekend,
kris
Om mee op weg te gaan
Hoe kan ik voorkomen dat wereldse zorgen mijn leven overnemen?
Voor de ouders en grootouders onder ons: Op welke manieren kan ik mijn kinderen en/of kleinkinderen vertellen en leren dat God een echte Vader is die voor hen zorgt?
Blog ‘Van Woord naar leven’
Reageren of uitwisselen betreffende de lezingen of de overweging, kan via de blog ‘Van Woord naar leven’.
Reacties worden geplaatst na moderatie om de kwaliteit van het gesprek te waarborgen.
De Bijbelteksten zijn ontleend aan de NBV21, © Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap.
De korte inleidingen op de lezingen zijn van de hand van Kris.