woensdag in week 11 door het jaar
Uit het tweede boek Koningen 2, 1 + 6-14
Elisa maakt het mee dat zijn meester Elia door God wordt opgenomen in zijn heerlijkheid zonder te sterven. Elisa zal nu zijn werk verderzetten in voorbereiding op de komst van de Messias. In Israël leefde de overtuiging dat Elia nog zou terugkeren voor de Messias kwam. Jezus zal inspelen op deze overtuiging en erop wijzen dat ze in hun kortzichtigheid Elia niet hebben herkend; het was Johannes de doper, de grootste onder de profeten.
De tijd was niet ver meer dat de Heer Elia in een stormwind in de hemel zou opnemen. Elia en Elisa stonden op het punt uit Gilgal te vertrekken.
Elia zei tegen Elisa: ‘Blijf jij hier, de Heer wil dat ik naar de Jordaan ga.’
Maar Elisa antwoordde: ‘Zo waar de Heer leeft, en zo waar u leeft, er is geen denken aan dat ik u alleen laat gaan.’
Zo gingen ze samen verder.
Bij de oever van de Jordaan hielden ze stil. Vijftig profeten die hen waren gevolgd bleven op een afstand staan kijken.
Elia deed zijn mantel af en vouwde hem dubbel. Hij sloeg ermee op het water, waarop het naar links en naar rechts wegvloeide en zij tweeën droog konden oversteken.
Terwijl ze overstaken vroeg Elia aan Elisa: ‘Wat kan ik nog voor je doen voor ik van je word weggenomen? Vraag het maar.’
Elisa antwoordde: ‘Laat mij dubbel in uw geest delen.’
‘Je vraagt iets heel moeilijks.’, zei Elia. ‘Als je ziet hoe ik van je word weggenomen, zal je wens vervuld worden, maar als je het niet ziet, gebeurt het niet.’
En terwijl ze liepen te praten, werden ze plotseling uit elkaar gedreven door een wagen van vuur, met paarden van vuur ervoor, en Elia werd in een stormwind meegevoerd naar de hemel.
Elisa zag het gebeuren en riep uit: ‘Vader, vader! Strijdwagen en ruiterij van Israël!’
Toen hij Elia niet meer kon zien, scheurde hij zijn kleren.
Hij raapte Elia’s mantel, die was afgegleden, op, en liep terug. Bij de oever van de rivier hield hij stil. Hij sloeg met Elia’s mantel op het water en riep uit: ‘Waar is de Heer, de God van Elia?’
Dus ook hij sloeg op het water en opnieuw vloeide het naar links en naar rechts weg, zodat Elisa kon oversteken.
Psalm 31, 20 + 21 + 24
Refr.: Getrouwen van de Heer, heb Hem lief.
Hoe groot is het geluk
dat U hebt weggelegd voor wie U vrezen,
dat U bereid hebt voor wie schuilen bij U,
heel de wereld zal het zien.
U verbergt hen in de beschutting van uw gelaat
voor de lagen en listen van mensen,
uw tent biedt hun een schuilplaats
voor de laster van kwade tongen.
Getrouwen van de Heer, heb Hem lief.
De Heer behoedt de standvastigen,
voorgoed rekent Hij af met de hoogmoedigen.
Vers voor het evangelie (Ps. 119, 27)
Alleluia.
Leer mij de weg van uw regels begrijpen,
en ik zal uw wonderen overdenken.
Alleluia.
Uit het evangelie volgens Matteüs 6, 1-6 + 16-18
De christelijke praktijken onderhouden om op te vallen bij anderen, is niet de juiste mentaliteit. Dan doen wij het voor onszelf en niet voor God of voor de anderen. Het radicalisme van het evangelie wil niet opvallen. Het handelt alleen vanuit een diepe overtuiging van een waarachtig godsgeloof, en dat werkt in stilte.
Jezus zei tot zijn leerlingen:
‘Let op dat jullie je gerechtigheid niet tentoonspreiden om door de mensen gezien te worden. Dan beloont jullie Vader in de hemel je niet. Dus wanneer je iemand iets geeft uit barmhartigheid, bazuin dat dan niet rond, zoals de huichelaars doen in de synagoge en op straat om door de mensen geprezen te worden. Ik verzeker jullie: zij hebben hun loon al ontvangen. Als je iets uit barmhartigheid geeft, laat dan je linkerhand niet weten wat je rechterhand doet. Zo blijft je gift in het verborgene, en jullie Vader, die in het verborgene ziet, zal je ervoor belonen.
En wanneer jullie bidden, doe dan niet als de huichelaars die graag in de synagoge en op elke straathoek staan te bidden, zodat iedereen hen ziet. Ik verzeker jullie: zij hebben hun loon al ontvangen. Maar als jullie bidden, trek je dan terug in je huis, sluit de deur en bid tot je Vader, die in het verborgene is. En jullie Vader, die in het verborgene ziet, zal je ervoor belonen.
Wanneer jullie vasten, doe dan niet als de huichelaars met hun sombere gezichten, want zij vertrekken hun gezicht om iedereen te laten zien dat ze aan het vasten zijn. Ik verzeker jullie: zij hebben hun loon al ontvangen. Maar als jullie vasten, was dan je gezicht en wrijf je hoofd in met olie, zodat niemand ziet dat je aan het vasten bent, alleen je Vader, die in het verborgene is. En jullie Vader, die in het verborgene ziet, zal je ervoor belonen.’
Van Woord naar leven
Goede daden stellen, bidden of vasten, om door de mensen geprezen te worden heeft puur met eigenbelang te maken, met het strelen van het eigen ego, en weinig of niets met God, ook al gebruik je Hem en wat Hij vraagt om je applaus te bekomen.
Liefhebben omwille van de liefde, bidden in het verborgene, vasten met een blij gemoed… daar gaat het om. Je doet het niet om op te vallen of applaus te krijgen. Je doet het voor God, voor de medemens, ter opbouw van de Kerk en tot groei van de samenleving.
Een duidelijke oproep die Jezus doet, en eenvoudig te verstaan. Laten we er ons aan geven, in eenvoud en geloof, vanuit onze innige godsverbondenheid in Christus.
Met een genegen groet,
kris
Reageren of uitwisselen betreffende de overweging kan via de blog Van Woord naar leven.
Laten wij bidden
Vader,
leer ons – in Christus – nederig te doen wat Gij vraagt. Niet om geprezen te worden door de mensen, maar puur, omwille van de liefde.
Door Christus, onze Heer.
Amen.
De Bijbelteksten zijn ontleend aan de NBV21, © Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap.
De korte inleidingen op de lezingen zijn van de hand van Kris.