zaterdag in week 29 door het jaar
Uit de brief van Paulus aan de Romeinen 8, 1-11
‘De eigen natuur’ is voor Paulus de mens die zich opsluit in zichzelf en in zijn zonden. ‘De Geest’ is een kracht tot nieuw leven. God geeft de Geest van de verrezen Heer aan zijn gelovigen opdat zij zouden leven.
Broeders en zusters,
wie in Christus Jezus zijn, worden niet meer veroordeeld. De wet van de Geest die in Christus Jezus leven brengt, heeft u immers bevrijd van de wet van de zonde en de dood. Want waartoe de wet niet in staat was, machteloos als hij was door onze aardse natuur, dat heeft God tot stand gebracht. Vanwege de zonde heeft Hij zijn eigen Zoon als mens in dit zondige bestaan gestuurd; zo heeft Hij in dit bestaan met de zonde afgerekend, opdat alles wat de wet eist in ons tot vervulling wordt gebracht.
Wij leven immers niet volgens aardse maatstaven, maar volgens die van de Geest. Wie beheerst wordt door het aardse, streeft aardse zaken na, maar wie beheerst wordt door de Geest, streeft na wat de Geest wil. Het aardse streven leidt tot de dood, maar het streven waartoe de Geest aanzet leidt tot leven en vrede. Het aardse streven staat vijandig tegenover God, want het onderwerpt zich niet aan zijn wet en is daar ook niet toe in staat. Wie beheerst wordt door het aardse, kan God niet behagen. U daarentegen wordt beheerst door de Geest, want de Geest van God woont in u.
Iemand die de Geest van Christus niet heeft, behoort Christus ook niet toe. Als Christus echter in u leeft, is uw lichaam weliswaar door de zonde ten dode opgeschreven, maar de Geest schenkt u leven, omdat u door God rechtvaardig bent verklaard. Want als de Geest van Hem die Jezus uit de dood heeft opgewekt in u woont, zal Hij die Christus heeft opgewekt ook uw sterfelijk lichaam levend maken door zijn Geest, die in u woont.
Psalm 24, 1-6
Refr.: Van de Heer is de aarde en alles wat daar leeft.
Van de Heer is de aarde en alles wat daar leeft,
de wereld en wie haar bewonen,
Hij heeft haar op de zeeën gegrondvest,
op de stromen heeft Hij haar verankerd.
Wie mag de berg van de Heer bestijgen,
wie mag staan op zijn heilige plaats?
Wie reine handen heeft en een zuiver hart,
zich niet inlaat met leugens
en niet bedrieglijk zweert.
Zegen zal hij ontvangen van de Heer
en recht verkrijgen van God, zijn redder.
Dat valt hun ten deel die U zoeken,
die zich tot U wenden – het volk van Jakob.
Alleluia. (ps. 119, 135)
Laat het licht van uw gelaat over mij schijnen,
onderwijs uw dienaar in uw wetten.
Alleluia.
Uit het evangelie volgens Lucas 13, 1-9
Zoals een boom krijgt ieder de nodige verzoeningstermijn om tot vruchten te komen.
Er waren enkele mensen aanwezig die Jezus vertelden over de Galileeërs van wie Pilatus het bloed vermengd had met dat van hun offerdieren. Hij zei tegen hen: ‘Denken jullie dat die Galileeërs grotere zondaars waren dan alle andere Galileeërs, omdat ze dat lot ondergaan hebben? Zeker niet, zeg Ik jullie, maar als jullie niet tot inkeer komen, zul je allemaal op dezelfde wijze omkomen. Of die achttien die stierven doordat de Siloamtoren op hen viel – denken jullie dat zij schuldiger waren dan alle andere mensen die in Jeruzalem wonen? Zeker niet, zeg Ik jullie, maar als jullie niet tot inkeer komen, zul je allemaal net zo sterven als zij.’
Hij vertelde hun deze gelijkenis: ‘Iemand had een vijgenboom in zijn wijngaard geplant en ging kijken of de boom vrucht droeg, maar hij vond geen vijgen. Hij zei tegen de wijngaardenier: “Al drie jaar kom ik kijken of die vijgenboom vrucht draagt, maar tevergeefs. Hak hem maar om, want hij put alleen maar de grond uit.” Maar de wijngaardenier zei: “Heer, laat hem ook dit jaar nog met rust, tot ik de grond eromheen heb omgespit en hem mest heb gegeven. Misschien zal hij dan het komende jaar vrucht dragen, en zo niet, dan kunt u hem alsnog omhakken.”’
Van Woord naar leven
Vandaag lezen we bij Paulus: Wie beheerst wordt door het aardse, streeft aardse zaken na, maar wie beheerst wordt door de Geest, streeft na wat de Geest wil.
Wij, mensen van deze tijd, hebben het soms wat lastig met het taalgebruik van Paulus.
Wat Paulus zeker niet bedoelt is dat we onze puur menselijke natuur, of de schoonheid van onze moeder aarde, moeten verwaarlozen of verloochenen. We zijn, ook in onze diepste natuurlijke gegevenheid, een schepping van God, zoals onze mooie wereld dat ook is.
Wat hij, denk ik, wil zeggen is dat we ons niet mogen laten leiden door een ‘ik’ dat bijna dierlijk leeft, louter naar z’n eigen begeerten, los van God. Bedoeling is dat we ons openen voor de Geest, de Adem van God, die ons zal doen inzien wat Gods wil inhoudt. De Geest zal ons het verlangen geven, en de genade verlenen, ons te richten naar wat God wil, levend en gezonden op deze aardbol. De Geest zal ons hart in de juiste richting plaatsen: richting God. En van Hem mogen en kunnen we dan ontvangen, namelijk de genade van zijn Zoon; Jezus die, verinnigt met ons, de weg zal gaan die God met ons wil gaan, gezonden in deze wereld.
Laten we onze dag altijd starten met gebed om Gods Geest. Dat Hij ons hart moge neigen naar God, ons openend voor de gave van Christus.
kris
Reageren of uitwisselen betreffende de overweging kan via de blog Van Woord naar leven.
Laten wij bidden
Vader,
beziel ons met uw heilige Geest, opdat wij de genade mogen ontvangen te leven in uw Zoon.
Om deze genade bidden wij U, in zijn naam.
Amen.
De Bijbelteksten zijn ontleend aan de NBV21, © Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap.
De korte inleidingen op de lezingen zijn van de hand van Kris.