donderdag in week 30 door het jaar (even jaren)

Uit de brief van Paulus aan de Efeziërs 6, 10-20

Niets is meer ontmoedigend dan strijden tegen een vijand die telkens ontsnapt. Toch heeft men dan nog het voordeel te strijden. Er zijn er ook die nergens een vijand bekennen. Deze zijn verloren voor ze het weten. Paulus maakt ons vandaag attent op enkele vijanden van deze tweede soort en maant ons sterk te zijn met het Woord Gods en de kracht van de Geest.

Broeders en zusters,
zoek uw kracht in de Heer, in de kracht van zijn macht. Trek de wapenrusting van God aan om stand te kunnen houden tegen de listen van de duivel.
Onze strijd is niet gericht tegen mensen maar tegen hemelse vorsten, de heersers en de machthebbers van de duisternis, tegen de kwade geesten in de hemelsferen. Neem daarom de wapens van God op om weerstand te kunnen bieden op de dag van het kwaad, om goed voorbereid stand te kunnen houden.
Houd stand, met de waarheid als gordel om uw heupen, de gerechtigheid als harnas om uw borst, de inzet voor het evangelie van de vrede als sandalen aan uw voeten, en draag bovenal het geloof als schild waarmee u alle brandende pijlen van hem die het kwaad zelf is kunt doven. Draag als helm de verlossing en als zwaard de Geest, dat wil zeggen Gods woorden.
Laat u bij het bidden leiden door de Geest, iedere keer dat u bidt; blijf waakzaam en bid voortdurend voor alle heiligen.
Bid ook voor mij, dat mij de juiste woorden gegeven worden wanneer ik verkondig, zodat ik met vrijmoedigheid het mysterie mag openbaren van het evangelie waarvan ik gezant ben, ook in de gevangenis. Bid dat ik daarbij zo vrijmoedig spreek als nodig is.

Psalm 144, 1 + 2 + 9 + 10

Refr.: Geprezen zij de Heer, mijn rots..

Geprezen zij de Heer, mijn rots,
die mijn handen oefent voor de strijd,
die mijn vingers schoolt voor het gevecht.

Hij, mijn beschermer, mijn vesting,
de burcht die mij veiligheid biedt,
het schild waarachter ik schuil,
Hij die volken aan mij onderwerpt.

Ik wil een nieuw lied voor U zingen, God,
voor U spelen op de tiensnarige harp,
want U brengt koningen redding,
U hebt David, uw dienaar, bevrijd.

Uit het evangelie volgens Lucas 13, 31-35

De verdeeldheid die Christus had aangekondigd komt tot uiting. Sommigen willen Hem beschermen tegen Herodes die samen met de zijnen Hem uit de weg willen ruimen. Maar Hij ‘moet’ gehoorzamen aan zijn opdracht en daarom blijft Hij doorzetten, of ze Hem aanvaarden of niet.

Er kwamen enige Farizeeën die tegen Jezus zeiden: ‘Vertrek, ga weg van hier, want Herodes wil U doden!’
Hij antwoordde: ‘Zeg tegen die vos: “Let op, Ik drijf demonen uit en vandaag en morgen genees Ik mensen, en op de derde dag bereik Ik de voltooiing.” Maar Ik moet vandaag en morgen en de volgende dag op weg blijven, want het gaat niet aan dat een profeet omkomt buiten Jeruzalem; Jeruzalem, Jeruzalem, dat de profeten doodt, en stenigt wie naar haar toe zijn gestuurd! Hoe vaak heb Ik je kinderen niet bijeen willen brengen zoals een hen haar kuikens onder haar vleugels hoedt, maar jullie hebben het niet gewild. Jullie stad wordt aan haar lot overgelaten. Ik verzeker jullie: jullie zullen mij niet meer zien, tot de tijd komt dat je zult zeggen: “Gezegend hij die komt in de naam van de Heer!”’

Van Woord naar leven

Vandaag horen we Jezus zeggen: ‘Hoe vaak heb Ik je kinderen niet bijeen willen brengen zoals een hen haar kuikens onder haar vleugels hoedt, maar jullie hebben het niet gewild. Jullie stad wordt aan haar lot overgelaten. Ik verzeker jullie: jullie zullen mij niet meer zien, tot de tijd komt dat je zult zeggen: “Gezegend hij die komt in de naam van de Heer!”‘

Ja, gezegend die komt in de naam van de Heer… Verlangen wij niet allemaal naar zulke mensen? Mensen die komen in naam van God, mensen die ons komen vertellen en voorleven wat het betekent in Gods liefde te leven… Mensen die verwijzen naar de bron van ons bestaan, het einddoel van ons leven, het middel om lief te hebben… Mensen die vredebrengers zijn, verzoening tot stand brengen… Mensen die aanzetten tot het schenken van vergeving, die gekwetste relaties weer tot heling brengen… Mensen die eenvoudig en echt spreken over Gods aanwezigheid, over God die genade, kracht en moed geeft aan hen die zich aan Hem schenken… Mensen die een hart hebben van vlees en bloed, een vredevol hart, een hart dat lief heeft, dat vrede schenkt, dat beeld is van God.

Verlangt de wereld, ieder van ons, niet naar zulke mensen?

Wel, die mens mag en kan jij zijn. Je hoeft daarvoor niet ‘heilig’ te zijn. Je hoeft je niet te min te voelen. Ieder van ons, ook jij, vindt God de moeite waard in dienst te nemen in zijn wijngaard. Het is een kwestie van dit te geloven, en je toe te vertrouwen aan zijn aanwezigheid in Christus. Bemin vanuit Hem, leef in Hem, en ga… Het moet niet volmaakt zijn, maar ga. Ga naar de ander, in Gods naam.

‘Ga’ moeten we in deze dagen daarom niet letterlijk verstaan. COVID-19 verplicht ons binnen te blijven. Maar laten we ‘gaan’ door te bidden, door betrokken te zijn op de wereld, door – het werd hier al gezegd eerder deze week – mensen op te bellen, te e-mailen, berichtjes te sturen, brieven te schrijven. Laat weten dat niemand alleen hoeft te zijn, dat je aan hen denkt, dat je met hen meegaat. Wees creatief in de liefde.

‘Ga’ in Gods naam. De mensen hebben je nodig.

kris

Reageren, je eigen woordje plaatsen, of uitwisselen over de overweging, kan via de blog Van Woord naar leven.

Laten wij bidden

Goede God,
geef dat wij in uw naam de liefde mogen dienen. Leef in ons.
In Christus. Amen.

De Bijbelteksten zijn ontleend aan de NBV21, © Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap.
De korte inleidingen op de lezingen zijn van de hand van Kris.